•
Economische modus – Na activering geld deze voor het hele systeem. Standaard ingesteld maar aanpasbaar.
(Menu> Zones> Zone X> Gebruikers instellingen> Temperatuur instellingen>Economisch> instelbaar naar behoefte).
•
Comfort modus – Na activering geld deze voor het hele systeem. Standaard ingesteld maar aanpasbaar (Menu>
Zones> Zone X> Gebruikers instellingen> Temperatuur instellingen> Comfort modus> instelbaar naar behoefte).
NOTITIE
Het wijzigen van de modus naar vakantie, zuinig en comfort geldt voor alle zones. Het is mogelijk om de vooraf
ingestelde temperatuur van de geselecteerde modus voor een bepaalde zone te wijzigen. In de bedrijfsmodus anders
dan normaal, is het niet mogelijk om de vooraf ingestelde temperatuur te wijzigen vanaf het niveau van een regelaar.
3. ZONES
Zones menu wordt in detail beschreven in hoofdstuk VII.
4. BUITENSENSOR
Het is mogelijk om een externe temperatuursensor te plaatsen. Hiermee kan de gebruiker de weersafhankelijke regeling
activeren. De huidige externe temperatuurwaarde wordt weergegeven in het hoofdscherm.
4.1.
WEERSAFHANKELIJK REGELEN
Zodra de buitensensor is gemonteerd of geactiveerd, bevat het hoofdscherm de buitentemperatuur terwijl het hoofdmenu
de gemiddelde buitentemperatuur bevat.
•
Gemiddelde tijd – de gebruiker stelt de tijdsperiode op basis waarvan de gemiddelde buitentemperatuur berekend.
Het bereik van instellingen is 6-24 uur.
•
Temperatuur drempel – Deze functie beschermt de zone tegen hoge temperatuur. De zone waarin weersafhankelijk
regelen is geactiveerd zal niet worden verwarmd wanneer de gemiddelde dagelijkse temperatuur buiten hoger is
dan de vooraf ingestelde drempelwaarde. Wanneer bijvoorbeeld de temperatuur stijgt in het voorjaar, zal de
regelaar voorkomen dat de zones onnodig verwarmd wordt.
NOTITIE
Om ervoor te zorgen dat de EU-L-9r-controllers in de op het weer gebaseerde regelmodus kunnen werken, is het
noodzakelijk om voor elke controller een aparte buitentemperatuursensor te gebruiken.
4.2.
KALIBRERING
Sensor kalibratie uitgevoerd tijdens het monteren of nadat deze is gebruikt voor een lange tijd, als de kamertemperatuur
weergegeven verschilt van de werkelijke temperatuur. Kalibreerbereik is van -10⁰C tot + 10⁰C met de nauwkeurigheid van
0,1⁰C.
5. HANDMATIGE MODUS
Met deze functie kan de gebruiker bepaalde apparaten (pomp, spanningsvrij contact en klepactuatoren) onafhankelijk van
de anderen activeren om te controleren of ze goed werken. Het is raadzaam om de apparaten te controleren met deze
procedure bij de eerste start-up.
6. REGISTRATIE
Deze functie wordt gebruikt om het bedienpaneel te koppelen met de regelaar, hiermee kan de gebruiker het systeem
bedienen. Wanneer er gebruikgemaakt wordt van meer dan een regelaar moet er een bedienpaneel geplaatst worden. Het
systeem is uit te breiden tot 4 regelaars. Zones zijn aanpasbaar, zowel naam als icoon via eModul.eu en EU-M-9r
17