12. Printer is weer gereed voor gebruik, ga verder met afdrukken.
6.6
Printpositie
6.6.1 Intermitterende verpakkingsmachine
1.
Stop de gast machine.
2.
Controleer of het substraat op de juiste manier door de printersteun is gevoerd.
3.
Start de printer en de gast machine.
4.
Controleer of de afdrukbeweging wordt gemaakt terwijl het substraat stil staat. Zo niet, inverteer dan
het printsignaal of stel de SET DELAY parameter in op een juiste waarde.
5.
Stop de gast machine.
6.
Schuif zowel het codeergedeelte als de tegendrukplaat naar de gewenste afdrukpositie (X-as).
7.
Stel de gewenste afdrukpositie (Y-as) in met behulp van de folie-instellingsrol.
8.
Start de gast machine.
9.
Herhaal stappen 4 tot en met 8 tot de afdruk op de gewenste positie op het substraat staat.
6.6.2 Continue verpakkingsmachine
1.
Stop de gast machine.
2.
Controleer of het substraat op de juiste manier door de printer steun en flowpack balans is gevoerd.
3.
Start de printer en de gast machine.
4.
Controleer of de timing van de flowpack balans gesynchroniseerd is met die van de printer. Zo niet,
gebruik dan de EXT.BUSY parameter om de klep van de flowpack balans te synchroniseren met de
printer. De klep van de flowpack balans moet een fractie na het stopzetten van de folie (door de
tekstkop) worden geactiveerd. Stel de waarde in op minimaal 35ms.
5.
Stop de gast machine.
6.
Schuif zowel het codeergedeelte als de tegendrukplaat naar de gewenste afdrukpositie (X-as).
7.
Stel de gewenste afdrukpositie (Y-as) in met behulp van de folie-instellingsrol.
8.
Start de gast machine.
9.
Herhaal stappen 5 tot en met 8 tot de afdruk op de gewenste positie op het substraat staat.
H315 AN
Rev.: 15
kortho
Hotprinter M-D Serie
BEDIENING
6-11