Inhoudsopgave
Advertenties
Diagnostische functies
Roerblad
Het roerblad in de meetkamer wordt geactiveerd en verhoogt langzaam zijn snelheid tot het maximum. Als
het roerblad niet draait, controleer dan of de stekerverbinding van de aandrijfmotor correct op de
besturingsprintplaat zit (rode stekerverbinding).
Verwijder de meetkamer en controleer of de aandrijfschijf (die twee zilveren magneten heeft) in de roerder
niet tegen het motorhuis wrijft.
Als geen van deze oorzaken kan worden vastgesteld, moet de aandrijfmotor worden vervangen.
Druk op de [OK] toets om af te sluiten.
De positionering van de connectoren is te vinden op pagina 20
Relais 1 en 2
Bij het starten van het diagnoserelais wordt het gekozen relais via de toets [OK] tussen de beide contacten
NC en NO geschakeld.
Gebruik een continuïteitstester om het contact tussen de COM- en NC- en COM- en NO-poorten te
controleren. Als de schakelhandelingen niet kunnen worden gemeten, moet de besturingsprintplaat worden
vervangen.
Om af te sluiten, beweegt u de cursor naar Exit en drukt u op de [OK] toets.
De positionering van de relais is te vinden op pagina 24
Huidige interface
Een stroommeter is nodig om de huidige interface te testen. De metingen worden uitgevoerd tussen de
klemmen 15 (+) en 16 (-).
De uitgangsstroom wordt in het display weergegeven als I = xx mA. Dezelfde waarde moet ook worden
gemeten op de twee terminals. Tolerantie ± 0,3 mA. Let op de nauwkeurigheid van uw huidige
meetinstrument.
Door de toets [OK] in te drukken, wordt de uitgangsstroom telkens met 2 mA verhoogd tot de maximale
waarde van 20 mA is bereikt.
Om af te sluiten, beweegt u de cursor naar Exit en drukt u op de [OK] toets.
Toegang
Om de invoer te testen heeft u een ladder of multimeter nodig die is ingesteld op een continuïteitstest.
Als er geen brug is ingesteld tussen de klemmen 17 en 18, geeft het display "open" aan.
Als er een brug tussen de klemmen 17 en 18 is ingesteld, geeft het display "gesloten" weer.
(Als u de brug met een multimeter wilt maken, moet de COM-verbinding van de multimeter worden
aangesloten op terminal 17 en de Volt-verbinding van de multimeter op terminal 18.) Anders zal de multimeter
geen brug vormen).
Druk op de [OK] toets om af te sluiten.
De positionering van de ingang is te vinden op pagina 25
De diagnostische modus wordt beëindigd.
© RLS Wacon analytics GmbH ∙ +49 (0)5121 28126 0 ∙ info@rls-wacon.de
71
Advertenties
Inhoudsopgave
