Inhoudsopgave
Advertenties
Aansluiting van externe componenten
Voor de aansluiting van extra componenten is het apparaat voorzien van een ingang, 2 relais en een analoge
uitgang (stroominterface 4 - 20 mA). Op de ingang kan een debietmeter, een potentiaalvrije schakelaar of
een elektronische schakelaar (open collector) worden aangesloten. Voor de elektronica is een hulpspanning
van 24 VDC op klem 17 en GND op klem 19 beschikbaar. Voor de signaaldetectie moet 24 VDC worden
overbrugd naar terminal 18. Er mogen geen externe spanningsbronnen op de ingang worden aangesloten.
Indien nodig moet een potentiaalscheiding worden gemaakt met een relais of een optocoupler.
De relaisaansluitingen zijn allemaal potentiaalvrij. De interne netspanning of een externe voedingsspanning
kan worden gebruikt om externe apparaten te schakelen. De aansluiting op externe besturingssystemen
gebeurt meestal via de potentiaalvrije contacten van de relais.
Relais 2 wordt tijdens de normale
werking altijd van stroom voorzien:
Aansluiting COM tot NO
(draadbreukbeveiliging)
De via de apparaatschakelaar geschakelde voedingsspanning wordt op de
uitgangsklemmen 5 tot 8 gezet en kan aan de uitgangsrelais worden gebruikt voor
het aansturen van pompen, magneetkleppen of andere verbruikers. De maximale
totale aangesloten belasting op de uitgangsklemmen 5 tot 8 mag niet hoger zijn dan
Spanning
250 VA. De uitgangsklemmen worden geschakeld met de hoofdschakelaar van de
analysator en zijn beveiligd met de fijnaderige zekering van de analysator.
© RLS Wacon analytics GmbH ∙ +49 (0)5121 28126 0 ∙ info@rls-wacon.de
Figuur: Schematische weergave van de aansluitklemmen
27
Advertenties
Inhoudsopgave
