Aanwijzingen voor het gebruik van de handleiding
De handleiding bestaat uit 4 gedeelten:
1. Handleiding voor de in gebruik name en programmering:
Deze handleiding richt zich op de programmering van het toestel. De programme-
ringen worden in principe slechts eenmalig uitgevoerd.
Lees eerst de veiligheidsvoorschriften vanaf pagina 5.
Het hoofdstuk ingebruikname (vanaf pagina 8) geeft aanwijzingen voor het
gebruik van het toestel (tafel- of wanduitvoering).
In het hoofdstuk programmering (vanaf pagina 18) worden de
programmeerprocedures beschreven.
In bijlage 1 (vanaf pagina 47) kunt u tips bij problemen vinden als er tijdens de
ingebruikname of tijdens het gebruik een keer problemen mochten optreden.
In bijlage 2 (vanaf pagina 50) kunt u overzichten vinden van functies en codes
voor de programmering.
Vul de geprogrammeerde telefoonnummers in de tabel met het "Overzicht
van de ingestelde functies / nummers" in pagina's 54/55).
2. Handleiding voor het gebruik:
Hier krijgt de gebruiker van het toestel alle informatie over de betekenis van de
afzonderlijke toetsen, symbolen en de desbetreffende functies.
3. Korte handleiding van de belangrijkste functies
De korte beschrijving geeft een overzicht van de belangrijkste functies. Deze kan
de gebruiker het beste naast het toestel neerleggen zodat deze de handleiding
altijd bij de hand heeft.
4. Informatiekaart voor de ontvanger van een alarmoproep (4 Stuks)
De persoon die een alarmoproep ontvangt, krijgt met deze kaart een korte
beschrijving en alle benodigde informatie.
4
Veiligheidsvoorschriften
Let op! Tijdens het gebruik staat het toestel onder spanning. Probeert
u niet het toestel te openen. Het toestel bevat geen enkel onderdeel
dat u zelf kunt repareren. De fabrikant stelt zich niet aansprakelijk
voor schade die ontstaat doordat het toestel niet overeenkomstig de
garantievoorwaarden of veiligheidsvoorschriften is gebruikt.
Telefoontoestel plaatsen
In de buurt van waar u het toestel wilt plaatsen, dient een telefoonaansluiting en
een stopcontact* (230 V) aanwezig te zijn. (*Alleen bij ergovoice C en CR).
Het toestel is vervaardigd voor normale gebruiksomstandigheden. Het toestel
mag niet opgesteld worden in de buurt van:
- Warmtebronnen (airconditioning, verwarming, in direct zonlicht).
- Vochtige ruimtes.
- Gebruik het toestel niet in de buurt van water of chemicaliën.
- Apparatuur die sterke magneetvelden hebben (elektrische apparatuur,
fluorescentielamp, computer, tv enz.).
- Stoffige plaatsen.
- Plaatsen die aan trillingen, schokken en extreme temperatuurschommelingen
onderhevig zijn.
- Nooit het toestel aan de hoorn of aan aansluitkabels optillen.
- Sluit de aansluitkabels alleen op de hiervoor bestemde aansluitingen.
- Leg de kabels zo neer dat men niet over de kabels kan vallen of struikelen.
- Indien noodzakelijk moeten de aansluitingen verplaatst worden.
Sommige meubellakken of onderhoudsmiddelen kunnen de kunststof voetjes van
uw toestel aantasten. Om vlekken op meubilair te voorkomen kunt u een slipvaste
ondergrond gebruiken.
Batterijen: gebruik alleen batterijen van het type AAA mikrocellen 1,5 V. De batterijen
worden bij stroomuitval gebruikt.
Let erop, dat de voedingsadapter* tijdens het gebruik aangesloten is op het
elektriciteitsnet. Bij stroomuitval kan bij volle batterijen 12 uur worden
overbrugd. Bij het verschijnen van het batterij symbool moeten de
batterijen worden vervangen. Het is beter de batterijen 1 x per jaar te
vervangen. Dit om te voorkomen dat de batterijen gaan lekken en het
5