Inhoudsopgave
Advertenties
Aansluiting van externe componenten
Reagent licht/hoorn
Op relais 1 / uitgang 1 kan een signaallamp of een claxon worden aangesloten om een
grenswaardeoverschrijding te signaleren.
Het relais 3 / uitgang 3 wordt gebruikt voor het melden van gedetecteerde fouten (bijv. optische
fouten, foutief nulmonster, ontbrekende voedingsspanning op de analysator). Als de analysator in
normaal bedrijf is en er is geen fout, dan wordt relais 3 / uitgang 3 onder spanning gezet en wordt
de verbinding van COM naar NO geschakeld. Als een fout wordt herkend, valt relais 3 / uitgang 3
uit en wordt de verbinding van COM naar NC tot stand gebracht.
Relais 1 / Uitgang 1 wordt bij overschrijding van de grenswaarde (bovenste grenswaarde 1) onder
spanning gezet en schakelt de aansluiting van COM naar NO. Deze positie kan in het programma
worden geprogrammeerd als vast contact of als pulscontact.
Permanent contact bij relais 1 / uitgang 1:
Het relais 1 / uitgang 1 blijft bij overschrijding van de grenswaarde (bovenste grenswaarde 1) in de
stand geschakeld (aansluiting van COM naar NO) totdat de gemeten waterhardheid weer onder de
grenswaarde (bovenste grenswaarde 1) ligt. Daarna wordt de grenswaarde weer overschreden en
het relais 1 / uitgang 1 schakelt terug (aansluiting van COM naar NC).
Pulscontact bij relais 1 / uitgang 1:
Het relais 1 / uitgang 1 blijft alleen bij overschrijding van de grenswaarde (bovenste grenswaarde
1) gedurende een geprogrammeerde pulsduur in de positie (aansluiting van COM naar NO). Zodra
de geprogrammeerde pulsduur is verstreken, schakelt het relais 1 / uitgang 1 terug (aansluiting van
COM naar NC). Bij de volgende overschrijding van de grenswaarde (bovenste grenswaarde 1)
wordt relais 1 / uitgang 1 opnieuw als impuls geschakeld. Deze functie wordt vaak gebruikt in
combinatie met pilot distributeurs.
Programming: Menu > Settings > Outputs > Relay 1
RLS Wacon analytics GmbH ∙ +49 (0)5121 28126 0 ∙ info@rls-wacon.de
36
Advertenties
Inhoudsopgave
