Bij het ingeven van het adres eerst het land en dan de plaats of de postcode kie-
zen. Daarna kan eventueel de straat en het huisnummer of een kruising worden
ingegeven. Voor het ingeven van de adresgegevens verschijnen verschillende in-
gaveschermen.
Als er voldoende gegevens voor de routegeleiding zijn ingegeven, verschijnt de
functietoets
. Nu kan met de routegeleiding worden begonnen of er kun-
Succes
nen verdere details over het reisdoel worden ingegeven.
- Scherm voor het ingeven van de reisdoelnaam wordt geopend
■ Opslaan
■ Wissen
- Reisdoelnaam wijzigen
- Reisdoelnaam opslaan
■ Ok
- Routegeleiding starten
■ Starten
Reisdoelgeheugen
Op de
drukken - De lijst met handmatig opgeslagen reisdoelen wordt
→
NAV
weergegeven (door op de functietoets met het gewenste reisdoel te drukken
wordt de routegeleiding gestart).
Door te draaien aan de menuknop
gens hernoemen, bewerken of wissen.
- De lijst met op de sd-geheugenkaart opgeslagen reisdoelen
■ Reisdoelen sd
weergeven
- Op de sd-geheugenkaart opgeslagen reisdoelen in het apparaat-
■ Importeren
geheugen importeren
■ Alle
- Alle reisdoelen op de sd-geheugenkaart selecteren
- Op de sd-geheugenkaart geselecteerde reisdoelen in het appa-
■ Importeren
raatgeheugen importeren
■ Details
- Meer informatie over het reisdoel weergeven
- Voor import weergegeven reisdoelen selecteren
■ Importeren
- Routegeleiding starten
■ Starten
■ Details
- Meer informatie over het reisdoel weergeven (reisdoelnaam, land,
plaats, enz.). De weergegeven informatie kan worden gewijzigd.
- Geselecteerd reisdoel wissen
■ Wissen
■ Starten
- Routegeleiding starten
Laatste reisdoelen opslaan
Op de toets
drukken - De lijst met de automatisch opgeslagen laatste
NAV
→
reisdoelen wordt weergegeven.
Als op een van de weergegeven reisdoelen wordt gedrukt, schakelt het apparaat
over op de kaartweergave en wordt de routegeleiding automatisch gestart.
kunt u een reisdoel selecteren en vervol-
15
- Meer informatie over het reisdoel weergeven
■ Details
- Reisdoelnaam ingeven en opslaan
■ Opslaan
– Reisdoelnaam wissen
■ Wissen
- Reisdoelnaam bevestigen en opslaan
■ Ok
- Routegeleiding starten
■ Starten
Tussenstop ingeven
Tijdens een routegeleiding kan een extra reisdoel als tussenstop worden ingege-
ven. De ingegeven tussenstop wordt dan aangedaan, voordat de routegeleiding
naar het definitieve reisdoel wordt voortgezet. Het definitieve reisdoel is altijd
dat reisdoel waar als eerste een routegeleiding naartoe werd gestart. Let er bij
het ingeven op of u een tussenstop of het definitieve reisdoel ingeeft.
Tijdens de routegeleiding op de toets
nu van de navigatie gewisseld.
Een nieuw adres ingeven of een reeds opgeslagen adres selecteren.
- Nieuw ingegeven reisdoel als tussenstop kiezen
Tussenstop
- Lopende routegeleiding beëindigen en nieuw reisdoel als definitief
Nieuw reisd.
reisdoel kiezen
Tankstation of parkeerplaats kiezen
Op de toets
→
- Tankstation of
NAV
tankstations resp. parkeerplaatsen in de omgeving van de huidige positie ge-
zocht.
- In het reisdoelgeheugen opslaan
■ Opslaan
- Meer informatie over het reisdoel weergeven
■ Details
■ Opslaan
- In het reisdoelgeheugen opslaan
- Routegeleiding starten
■ Starten
Bijzonder reisdoel als reisdoel kiezen
Op de toets
→
- Bijzonder reisdoel drukken.
NAV
- In het centrum van een willekeurige plaats zoeken
■ Plaats
■ Hier
- In de omgeving van de huidige positie zoeken
Er verschijnt een zoekvenster waarin een "sleutelwoord" of een woord dat deel
uitmaakt van de naam van het bijzondere reisdoel kan worden ingegeven om het
bijzondere reisdoel te zoeken. Het bijzondere reisdoel wordt in een straal van
75 km gezocht.
Als "sleutelwoorden" kunnen woorden als hotel, stadion, ŠKODA, of een deel van
de reisdoelnaam, zoals bijv. zee, worden gebruikt of woorden als honger, dorst,
inkopen, ontspanning, enz.
drukken - er wordt naar het hoofdme-
NAV
- Parkeerplaats drukken - Er worden
NAV-functie (navigatie)
21