INSTALLATIE
4.5.1
Benodigde accucapaciteit
Overtuig u er van dat de dynamo de juiste capaciteit
heeft voor het laden van de accu's en het voeden
van de op de accu's aangesloten belasting.
Toepassing van een dynamo met een te kleine
laadcapaciteit kan leiden tot langere laadtijden, hoge
temperatuur van de dynamo en uiteindelijk een
verkorting van de levensduur van zowel uw dynamo
als uw accu('s). Richtlijn voor de verhouding tussen
de capaciteit van de dynamo en de accucapaciteit is
als volgt:
Soort
Verhouding tussen capaciteit
vaartuig
van de dynamo en accucapaciteit
Motorboot
20 – 40%
Zeilboot
30 – 50%
Voorbeeld: Een dynamo type 24/75 is op een
zeilboot geschikt voor het laden van een 24V
accubank van 150-250Ah (zonder aangesloten
belasting).
Opmerking:
bovengenoemde
slechts als voorbeeld. De keuze van de juiste
dynamo of accu wordt bepaald door meerdere
factoren, zoals aantal motoruren per dag, de op de
accu's aangesloten belasting tijdens motorgebruik,
aanwezigheid
van
enzovoort. Mastervolt raadt u daarom aan een
vermogensbalans te laten opstellen voor de gehele
elektrische installatie.
4.5.2
Installatietekeningen
Opmerking!
Vanuit onderstaande tekst wordt steeds
verwezen
referenties zijn terug te vinden in de
installatietekeningen
meegeleverde APPENDIX. Houd deze
APPENDIX
werkzaamheden bij de hand
• Alpha dynamo model 12/90: zie APPENDIX
afbeelding A-6
• Alpha dynamo modellen 12/130, 24/75 en
24/110: zie APPENDIX afbeelding A-7
• Alpha dynamo model 24/150: zie APPENDIX
afbeelding A-8
• Alpha dynamo model 24/95C: zie APPENDIX
afbeelding A-9
36
richtlijnen
dienen
andere
laadapparatuur,
naar
referenties.
Deze
van
tijdens
de
installatie-
4.5.3
Instructies voor het aansluiten
Zie referentie 1. Monteer de DC bekabeling
1
tussen de accu('s) en de dynamo. In de
positieve kabel (+, plus) dient u een DC-zekering
op te nemen, zo dicht mogelijk bij de accu('s).
Plaats de zekering niet voordat de gehele
installatie is afgerond. Monteer de rode kabel
tussen de B+ aansluiting van de dynamo en
positieve (+, plus) pool van de accu('s). Monteer
de zwarte kabel tussen de B– terminal van de
dynamo and the negatieve (–, min) pool van de
accu('s)
Zie referentie
2
draadboom aan tussen de [gnd] aansluiting van
de Alpha Pro regelaar en de B– aansluiting van
de dynamo
Steek
de
3
draadboom in de veldstroomconnector van de
dynamo. Zie referentie
connector niet los kan raken. Maak eventueel
een trekontlasting met behulp van een tie-rap.
Zie referentie
4
draadboom aan tussen de [+bat] aansluiting van
de Alpha Pro regelaar en de positieve (+, plus)
pool van de accu('s) of de B+ aansluiting van de
dynamo
Opmerking!
Bij gebruik van een laadstroomverdeler
(battery isolator, battery splitter), dient u
de rode draad niet op de B+ aansluiting
van de dynamo aan te sluiten maar op de
positieve (+, plus) pool van de accu('s).
Zie paragraaf 4.5.6.
de
Juni 2007 / Alpha dynamo - Alpha Pro regelaar / NL
. Sluit de zwarte draad van de
tweepolige
connector
. Zorg er voor dat deze
. Sluit de rode draad van de
van
de