Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina
Inhoudsopgave

Advertenties

5.
HANDELINGEN VOOR DE INBEDRIJFSTELLING

5.3 DETECTIE INGANGSDRUK GAS

De druk moet worden gemeten met een drukmeter van 0 ÷ 80 mbar.
De drukaansluiting bevindt zich meestal in de buurt van de gasaansluiting
op de voeding.
Sluit de afsluitkraan stroomopwaarts van de apparatuur (Afb. 1);
Draai de schroef van de drukaansluiting los (Afb. 3);
Plaats het detectieinstrument (drukmeter);
Open de afsluitkraan stroomopwaarts van de apparatuur (Afb. 2);
Schakel de branders op volle kracht in en lees de door de drukmeter
waargenomen druk.
Na het voltooien van de detectie:
Sluit de afsluitkraan stroomopwaarts van de apparatuur (Afb. 1).
Monteer de schroef met de gasafdichting weer op zijn plaats en open de
afsluitkraan stroomopwaarts van de apparatuur (Afb. 2) en controleer of
er gaslekken zijn.
Indien de gemeten druk 20% lager is dan de nominale druk (bijv.
G20 20 mbar ≤ 17 mbar), de installatie onderbreken en contact
opnemen met uw gasbedrijf.
Indien de gemeten druk 20% hoger is dan de nominale druk
(bijv.G20 20 mbar ≥ 25 mbar), de installatie onderbreken en
contact opnemen met uw gasbedrijf.
De fabrikant verleent geen garantie voor de apparatuur indien de
gasdruk lager of hoger is dan de hierboven beschreven waarden.
Controleer dat er geen gaslekken zijn.
Na het vaststellen van de gasdruk en het soort gas kan het
noodzakelijk zijn om:
1. Het mondstuk te vervangen (in geval het geleverde soort gas afwijkt van de voorbeschiktheid
van het apparaat - zie hfdst. 6)
DEZE HANDLEIDING IS HET EIGENDOM VAN DE FABRIK ANT EN ELKE, OOK GEDEELTELIJKE, REPRODUCTIE IS VERBODEN
- 17 -
Afb. 1
Afb. 2
Fig. 1
Fig. 2
Afb. 3
Fig. 3
Fig. 4

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave