Raadpleeg de bedieningsinstructies
Volg voor onderdelen van het apparaat waarop
dit symbool voorkomt de aanwijzingen in de
handleiding op.
Dit symbool duidt de fabrikant aan en verschijnt
naast de naam en het adres van de fabrikant.
Dit pictogram geeft de vertegenwoordiging in
de EU aan. Het staat naast de naam en het adres
van de EU-vertegenwoordiging.
WAARSCHUWING op voedingsaansluiting
Maak gebruik van een geschikte netspanningskabel voor
het plaatselijke elektriciteitsnet.
1. Gebruik de goedgekeurde netspanningskabel (3-weg
netsnoer)/apparatenstekker/stekker met aardcontacten
die voldoen aan de veiligheidsvoorschriften van het
betreffende land (indien van toepassing).
2. Gebruik de netspanningskabel (3-weg netsnoer)/
apparatenstekker/stekker met de correcte
stroomsterkte (voltage/amperage).
Wanneer u vragen heeft over het gebruik van de
bovengenoemde netspanningskabel/
apparatenstekker/stekker, neem dan contact op met
deskundig servicepersoneel.
Belangrijke veiligheidsmaatregelen/instructies
bij het gebruik in een medische omgeving
1. Alle apparatuur die op dit toestel is aangesloten,
moet gecertificeerd zijn volgens norm IEC60601-1,
IEC60950-1, IEC60065 of andere IEC/ISO normen
die van toepassing zijn op de apparatuur.
2. Daarnaast moeten alle configuraties voldoen aan de
systeemnorm IEC60601-1-1. Iedereen die extra
apparatuur op het signaalingangsdeel of het
signaaluitgangsdeel aansluit, configureert een
medisch systeem en is er derhalve verantwoordelijk
voor dat het systeem voldoet aan de vereisten van de
systeemnorm IEC60601-1-1.
Raadpleeg bij twijfel altijd het gekwalificeerde
servicepersoneel.
3. De lekstroom kan toenemen bij aansluiting op andere
apparatuur.
4. Deze specifieke apparatuur en alle bijbehorende,
zoals hierboven beschreven, moet worden
aangesloten op de netvoeding via een extra
isolerende transformator die voldoet aan de
constructievereisten van IEC60601-1 en die
minimaal basisisolatie biedt.
5. Deze apparatuur kan radiofrequentie-energie
opwekken, gebruiken en uitstralen. Als de
apparatuur niet wordt geïnstalleerd en gebruikt
volgens de aanwijzingen in de instructiehandleiding,
dan kan de apparatuur interferentie veroorzaken bij
andere apparatuur. Als dit toestel interferentie
veroorzaakt (wat kan worden vastgesteld door de
voedingskabel van het toestel te ontkoppelen),
probeer dan de volgende maatregelen: Zet het toestel
op een andere plaats ten opzichte van de apparatuur
waarbij er vermoedelijk interferentie optreedt. Sluit
dit toestel en de apparatuur waarbij er vermoedelijk
interferentie optreedt aan op verschillende circuits.
Neem contact op met uw dealer (volgens de norm
IEC60601-1-2 en CISPR11, klasse B, groep 1)
6. Model PVM-2551MD/2551NB is een monitor om in
een medische omgeving beelden van camcorders of
systemen anders dan diagnostische röntgenappara-
tuur weer te geven.
3