08/03/18 16:13:56 39Z6E600_011
HANDIGE TIPS & SUGGESTIES
UW MOTOR STALLEN
Voorbereiding op stalling
Correct stallen is van groot belang om uw motor in storingsvrije conditie te
houden en er goed te laten uitzien. Met de volgende stappen voorkomt u
dat roest en corrosie de werking en de aanblik van uw motor verslechteren
en zal de motor de volgende keer weer gemakkelijk starten.
Reinigen
Als de motor heeft gedraaid, laat dan minstens een half uur afkoelen
voordat u gaat reinigen. Reinig de motor aan de buitenzijde, werk
beschadigde lak bij en smeer andere gedeelten die kunnen roesten licht in
met olie.
Door te reinigen met water uit een tuinslang of met een hogedrukreiniger,
kan er water in het luchtfilter of in de uitlaatdemperopening dringen. Water
in het luchtfilter wordt opgezogen door het luchtfilterelement en water dat
zo het luchtfilter of de uitlaatdemper passeert kan in de cilinder
terechtkomen en schade veroorzaken.
Brandstof
Afhankelijk van de regio waar u de apparatuur gebruikt, kan de
samenstelling van de brandstof snel verslechteren en oxideren.
Verslechtering en oxidatie van de brandstof kunnen al binnen 30 dagen
optreden en kunnen schade veroorzaken aan de carburateur en/of het
brandstofsysteem. Raadpleeg uw onderhoudsdealer voor aanbevelingen
voor opslag.
Benzine zal tijdens stalling oxyderen en gaat dan kwalitatief achteruit. Met
slechte benzine zal de motor moeilijk starten en blijft er een harsaanslag
achter die het brandstofsysteem kan verstoppen. Als de kwaliteit van de
benzine in uw motor tijdens stalling achteruitgaat, is mogelijk extra
onderhoud nodig aan de carburateur of andere onderdelen van het
brandstofsysteem of moeten deze worden vervangen.
De periode dat benzine in uw brandstoftank en carburateur kan blijven
zonder dat dit nadelig is voor de werking, hangt af van factoren als de
benzinemix, de temperatuur in uw stallingruimte en of de brandstoftank
geheel of gedeeltelijk is gevuld. De lucht in een gedeeltelijk gevulde
brandstoftank versnelt de achteruitgang van de benzine. Bij een zeer hoge
stallingtemperatuur versnelt de achteruitgang van de benzine.
Brandstofverslechteringsproblemen kunnen dan al binnen een paar
maanden optreden, of zelfs eerder als de benzine waarmee uw
benzinetank is gevuld niet nieuw was.
Schade aan het brandstofsysteem of problemen in de motorwerking als
gevolg van een slechte stallingvoorbereiding, vallen niet onder de garantie
van de dealer (Distributor's Limited Warranty) .
U kunt de levensduur van brandstof in stalling verlengen door een
benzinestabilisator toe te voegen die speciaal daarvoor is samengesteld, of
u voorkomt problemen met brandstofkwaliteit door tevoren de
brandstoftank en de carburateur af te tappen.
Een benzinestabilisator toevoegen om benzinelevensduur te verlengen
Wanneer u een benzinestabilisator toevoegt, vul de brandstoftank dan met
nieuwe benzine. Als u de tank alleen gedeeltelijk vult, zal de lucht in de tank
tijdens stalling de achteruitgang versnellen. Als u een benzinevat gebruikt
om bij te tanken, zorg dan dat deze altijd alleen nieuwe benzine bevat.
1.
Voeg benzinestabilisator toe volgens de aanwijzingen van de fabrikant.
2.
Laat na toevoeging van een benzinestabilisator de motor gedurende tien
minuten in de buitenlucht draaien, zodat voor alle onbehandelde
benzine behandelde benzine in de plaats is gekomen.
3.
Zet de motor af en als de brandstoftank een brandstofkraan heeft, draai
de kraanhendel dan naar de stand CLOSED of OFF.
Brandstoftank en carburateur aftappen
Benzine is zeer ontvlambaar en explosief en u kunt
brandwonden of ernstig letsel oplopen terwijl u met benzine
bezig bent.
Zet de motor af en houd warmtebronnen, vonken en open
vuur uit de buurt.
Werk met benzine alleen in de buitenlucht.
Veeg gemorste benzine direct weg.
1.
Koppel de brandstofleiding naar de motor af en tap de brandstoftank af
in een geschikte opvangbak. Als de brandstoftank een kraan heeft, draai
deze dan naar de stand OPEN of ON zodat de brandstof gemakkelijk
uitstroomt. Sluit na aftappen de brandstofleiding weer aan.
2.
Draai de aftapschroef van de carburateur los en tap de carburateur af in
een geschikte opvangbak. Draai na het aftappen de aftapschroef in de
carburateur weer stevig vast.
Motorolie
1.
Ververs de motorolie (zie pagina
2.
Verwijder de bougies (zie pagina
3.
Giet een eetlepel (5 10 cm ) schone motorolie in elke cilinder.
−
4.
Laat de motor een paar seconden draaien door de motorschakelaar in de
stand START te zetten, zodat de olie goed in de cilinders wordt verdeeld.
5.
Breng de bougies weer aan.
NEDERLANDS
CARBURATEUR
AFTAPPLUG
8
).
10
).
11