Inhoudsopgave
Advertenties
overschreden.
10
Storing veiligheidsrelais: Het veiligheidsrelais
werkt niet goed.
11
Te hoge stroomsterkte in het
verwarmingsmatras: Interne kortsluiting
gedetecteerd in het verwarmingsmatras.
12
Onregelmatige temperatuur van
verwarmingsmatras in H
Ongebruikelijke temperatuurverschillen (>1,4 °C )
gemeten tussen de twee H2O-thermistoren T1 en
T3.
13
DC-stroomfout. De spanning van het
verwarmingsmatras is lager dan 9 V of hoger dan
28 V.
14
Onregelmatige temperatuur van
verwarmingsmatras in GEL-modus:
Ongebruikelijke temperatuurverschillen gemeten
tussen de twee H2O-thermistoren T1 en T2, OF
tussen T3 en T4. Tijdens de eerste twee uur na een
koude start is het maximaal toegestane
temperatuurverschil 8 °C en daarna 4 °C.
9 Controle van veiligheidsfuncties
Testinstructies
Zelftest bij opstarten
Sluit de controle-unit aan op het netspanning en sluit het verwarmingsmatras aan. Controleer of het
netlampje knippert.
Druk op Start/Stand-by en controleer of het volgende in de hieronder beschreven volgorde gebeurt.
1. De geselecteerde matrasmodus wordt weergegeven.
2. Het klikken van het veiligheidsrelais is hoorbaar.
3. Het symbool voor de controle-unit wordt groen.
4. Het symbool voor het verwarmingsmatras wordt groen.
5. Er is een korte 'piep' hoorbaar.
6. Het systeem begint op 37
1) Zelftest is bezig. De geselecteerde matrasmodus wordt
weergegeven (GEL of H2O). LET OP: Wijziging van de modus is nu
mogelijk door de linker- of rechterpijl in te drukken, zoals weergegeven
op de display. Als de matrasmodus wordt gewijzigd, start de eenheid de
zelftest opnieuw.
2) Zelftest gereed. De symbolen voor de controle-unit en het
verwarmingsmatras worden groen.
Er klinkt een korte 'piep' en het rode alarmlampje knippert een keer.
De softwareversie van de controle-unit wordt weergegeven.
Testen van het alarm voor onregelmatige temperatuur van het verwarmingsmatras in H
modus.
Start het systeem op in H2O-modus bij 37 °C zonder matras op het verwarmingsmatras. Het Alarm 12
moet binnen 15 minuten afgaan. (Let op: Alarm 08 kan soms ook afgaan als gevolg van het eerste
alarm).
nodige correcties aan. Start de eenheid opnieuw op. Controleer of de
zelftest juist uitgevoerd wordt. Als het alarm weer afgaat, moet het
systeem geanalyseerd en/of vervangen worden.
De controle-unit moet worden vervangen en de defecte eenheid moet
door een bevoegde technicus worden geanalyseerd.
De controle-unit en het verwarmingsmatras moeten worden vervangen
en het defecte systeem moet door een bevoegde technicus worden
geanalyseerd.
Stel het alarm opnieuw in. Als er een logische verklaring is (bv. een
O-modus:
sterk gekanteld bed tijdens de opwarmfase, laag waterniveau in het
2
watermatras, externe warmtebron of hoge thermische belasting die
een van de thermistoren beïnvloedt), breng dan de nodige correcties
aan. Start de eenheid opnieuw op. Controleer of de zelftest juist
uitgevoerd wordt. Als het alarm weer afgaat, moet het systeem
geanalyseerd en/of vervangen worden.
Als de controle-unit door externe gelijkstroomaccu's wordt gevoed,
controleer dan de externe toevoerspanning en de adapter. Als de
eenheid door het netspanning (gelijkstroom) wordt gevoed en dit
alarm afgaat, moet de controle-unit worden geanalyseerd en/of
vervangen.
Stel het alarm opnieuw in. Als er een logische verklaring is (bv. een
gelmatras wordt zonder aluminium plaat gebruikt, externe
warmtebron of hoge thermische belasting die een van de thermistoren
beïnvloedt), breng dan de nodige correcties aan. Start de eenheid
opnieuw op. Controleer of de zelftest juist uitgevoerd wordt. Als het
alarm weer afgaat, moet het systeem geanalyseerd en/of vervangen
worden.
o
C te werken.
Bladzijde 21 van 28
Gebruiksaanwijzing BW3-075/7
O-
2
Advertenties
Inhoudsopgave
