2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
9.
7.2.2
Aansluiting aan de onderzijde
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
BOX 25 55
Verwijder de ronde uitbreekplaat met
een hamer.
Plaats de kraagring in de open externe luchtinlaatopening.
Buig de 3 lipjes op de kraagring naar buiten om de kraagring op de inlaatopening te
bevestigen.
Bepaal de locatie in de buitenwand voor de inlaat van de externe
verbrandingsluchttoevoer.
Maak een gat met een minimumdiameter van 125 mm in de buitenwand.
Plaats een flexibele aluminium pijp of een starre stalen pijp in het gat.
Plaats een rooster in het gat in de buitenwand en bevestig de pijp hieraan.
Bevestig het andere uiteinde van de pijp aan de kraagring. Gebruik hierbij een
slangklem of schroeven.
Verwijder de ronde uitbreekplaat aan
de onderzijde van het toestel met
een hamer.
Plaats indien nodig de kraagring in de open externe luchtinlaatopening.
Buig de 3 lipjes op de kraagring naar buiten om de kraagring op de inlaatopening te
bevestigen.
Bepaal de locatie in de vloer voor de externe verbrandingsluchttoevoerinlaat.
Maak een gat met een minimumdiameter van 125 mm in de vloer.
Plaats een flexibele aluminium buis in het gat.
Bevestig het andere uiteinde van de flexibele aluminium buis op de kraagring.
Gebruik hierbij een slangklem of schroeven.
Installatie van de BOX25 55 met stalen stookbodem
25