Opnamefuncties
x (Autom. scènekeuzekn.) stand
De camera selecteert automatisch de beste onderwerpstand wanneer u een beeld kadreert, zodat u
nog eenvoudiger beelden kunt maken met instellingen die aangepast zijn aan het onderwerp.
Ga naar de opnamestand M A (opnamestand)-knop M x (autom. scènekeuzekn.) stand M
k-knop
Wanneer de camera een onderwerpstand selecteert, verandert het pictogram voor de
opnamestand dat in het opnamescherm wordt weergegeven, in het pictogram voor de momenteel
ingeschakelde onderwerpstand.
e
Portret (om close-upportretten van een of twee mensen te maken)
b
Portret (om portretten van drie of meer mensen of beelden met veel achtergrond te maken)
f
Landschap
h
Nachtportret (om close-upportretten van een of twee mensen te maken)
Nachtportret (om portretten van drie of meer mensen of beelden met veel achtergrond te
c
maken)
g
Nachtlandschap
i
Close-up
j
Tegenlicht (om beelden te maken van andere onderwerpen dan mensen)
d
Tegenlicht (om portretbeelden te maken)
d
Andere onderwerpen
32