ONDERHOUDSSCHEMA ASSEN EN KOPPELING
Jaarlijkse controle
1. Controleer de boutverbindingen van het chassis.
2. Controleer de bevestiging van het chassis.
Tijdens resp. na de eerste reis met belading
1. Aandraaien van de wielbouten (zie volgende kolom).
2. Controleer de instelling van de wielremmen.
3. Controleer lagerspeling in de naven (zie volgende
pagina). Geldt niet voor assen met ECO-naaf.
Elke 1 500 km
1. Controleer de instelling van de wielremmen.
2. Smeren van de 4 smeernippels op het aslichaam.
3. Smeren van de oplooprem (2 smeernippels). Overige
verbindingen licht oliën.
Elke 3 000 km
1. Controleer lagerspeling in de naven. Geldt niet voor
assen met ECO-naaf.
Elke 5 000 km (echter minstens 1 keer per jaar)
1. Vervang vet in de naven. Geldt niet voor assen met
ECO-naaf.
2. Controle van slijtage van de voering.
3. Controle en aandraaien van de schroeven van de
koppeling.
Elke 15 000 km (echter minstens 1 keer per jaar)
1. Controle van slijtage van de voering.
2. Vervang vet in de naven. Geldt niet voor assen met
ECO-naaf.
Instructieboek KABE 2003/2 - Smaragd GLE, Ametist GLE, Safir GLE, Safir GDL, Onyx GLE, Diamant GLE - pag. 11/57
WIELBOUTEN
Tijdens of na de eerste reis met belading
alsmede na de montage van wielen dient
gecontroleerd te worden of de wielbouten goed
zijn aangedraaid.
Aluminiumvelgen
Het aandraaimoment voor wielbouten van aluminiumvelgen
is 100 Nm. De wielbouten moeten opnieuw worden
aangedraaid als er 100 à 500 km is gereden. Gebruik
uitsluitend wielbouten
bestemd voor aluminium-
velgen.
Stalen velgen
Het aandraaimoment voor
wielbouten van stalen velgen
is 80 à 90 Nm. Gebruik
uitsluitend wielbouten
bestemd voor stalen velgen.
Slijtage van de voering
De slijtage van de voering kan gecontroleerd worden door
de inspectiegaten in de remschijven alsmede bij vervanging
van vet. De voering is gelijmd en gaat mee tot die tot ca. 1
mm afgesleten is.
Het uitvoeren van de van toepassing zijnde
maatregelingen per aantal kilometers dient door
een vakman te worden gedaan.