fig. 3
AUTOMATISCHE WERKING
BELANGRIJK Voor een juist gebruik van
het systeem is het raadzaam de pedalen
uitsluitend met de rechter voet te bedie-
nen.
❒ Trap het rempedaal in.
❒ Start de motor.
❒ Druk de versnellingspook naar A/M
fig. 3 voor het inschakelen van de au-
tomatische werking of naar R-fig. 2
voor het inschakelen van de achteruit.
❒ Laat het rempedaal los en trap het gas-
pedaal in.
4
WERKING
De versnellingsbak kan op twee manieren
worden bediend:
❒ de eerste methode is handmatig (MA-
NUAL), waarbij de bestuurder beslist
wanneer er geschakeld wordt;
❒ de tweede methode is volledig auto-
matisch (AUTO), waarbij het systeem
F0U0522m
beslist over het overschakelen. Bij de-
ze methode kan de ECO-functie (Eco-
nomy) worden gekozen om het ver-
bruik te beperken. Druk voor het in-
schakelen van deze functie op knop E-
fig. 4. Deze knop bevindt zich tussen
de bedieningsknoppen op het dash-
board. De versnellingen en de werking
(MANUAL of AUTO) kunnen bij ie-
dere snelheid worden gekozen met de
versnellingspook.
fig. 4
VERSNELLINGSPOOK
De "multistabiele" versnellingspook A-fig.
1 op de tunnelconsole heeft drie ver-
grendelde en drie onvergrendelde stan-
den.
De drie vergrendelde standen zijn de stan-
den die overeenkomen met de vrijstand
N-fig. 2, de achteruit R-fig. 2 en de mid-
delste stand tussen de onvergrendelde
standen UP (+) en DOWN (–) fig. 1.
Bij de onvergrendelde standen keert de
pook direct na het loslaten terug in de
middenstand. Dit zijn de standen voor het
opschakelen UP (+), het terugschakelen
DOWN (–) en de automatische werking
(A/M) fig. 3.
F0U0504m