Wateronthardingsinstallatie/Onthardingszout
Tabel voor de waterhardheid
Gebruik van onthardingszout
Onmiddellijk vóór het inschakelen van het apparaat
zout bijvullen. Hiermee bereikt u dat de overgelopen
zoutoplossing onmiddellijk wordt uitgespoeld
en corrosie aan het spoelreservoir wordt voorkomen.
De schroefdop van het voorraadreservoir 1R
1
eraf draaien.
Het reservoir met water vullen (alleen nodig
2
bij het eerste gebruik).
Hierna onthardingszout bijvullen (geen
3
keukenzout of tabletten).
Hierdoor wordt het water verdrongen en loopt
weg.
Zodra de indicatie zout bijvullen @ op het
bedieningspaneel brandt, moet opnieuw zout worden
bijgevuld.
* Afhankelijk van het model
10
Gebruik van reinigingsproducten
met zoutcomponenten
Bij gebruik van gecombineerde reinigingsproducten
met zoutcomponenten hoeft in het algemeen tot
een waterhardheid van 21°dH (37°fH, 26°Clarke,
3,7mmol/l) geen onthardingszout gebruikt te worden.
Bij een waterhardheid boven 21° dH is ook hier het
gebruik van onhardingszout noodzakelijk.
Indicatie zout bijvullen/ontharding
uitschakelen
O n t h a r d i n g u i t s c h a k e l e n
Als de indicatie zout bijvullen @ stoort (bijv.
bij gebruik van gecombineerde reinigingsproducten
met zoutcomponenten), dan kan deze uitgeschakeld
worden.
▯
Ga te werk zoals onder „Onthardingsinstallatie
instellen" is beschreven en de waarde op •:‹‹
zetten.
Hiermee zijn de onthardingsinstallatie en
de indicatie zout bijvullen uitgeschakeld.
m
Attentie
Het zoutreservoir nooit met afwasmiddel vullen.
Hierdoor gaat de onthardingsinstallatie kapot.
R e i n i g i n g s p r o d u c t e m e t z o u t c o m p o n e n t e