Binnenaanzicht van de computer
3
2
1
1
geheugenmodule(s)
2
3
optische stations (3)
4
4
grafische kaarten (2)
harde schijven (4)
Geheugenmodules verwijderen en vervangen
De geheugenmodule(s) verwijderen:
1.
Volg de aanwijzingen onder "Voordat u begint" op pagina
2.
Verwijder het zijpaneel (zie "Het zijpaneel verwijderen en terugplaatsen"
op pagina 38).
3.
Localiseer de geheugenmoduleconnectoren op het moederbord
(zie "Binnenaanzicht van de computer" op pagina 39).
WAARSCHUWINGEN: Geheugenmodules kunnen tijdens normale
werking erg heet worden. Laat de geheugenmodule(s) afkoelen voordat
u deze aanraakt.
OPMERKING: Verwijder de videokaart (als het een lange betreft) voor
betere toegang tot de geheugenmodule(s).
4.
Druk de borgklemmen aan de uiteinden van de geheugemoduleconnector
naar buiten.
5.
Til de geheugenmodule uit de geheugenmoduleconnector. Als de
geheugenmodule moeilijk te verwijderen is, moet u deze zachtjes heen en
weer bewegen om deze uit de connector te verwijderen.
HOOFDSTUK 4: EXTRA OF VERVANGENDE ONDERDELEN INSTALLEREN
36.
39