09/07/18 10:55:01 39Z6M600_005
3.
Zet de gashendel uit de stand SLOW, tot op ca. 1/3 van de afstand naar
de stand FAST.
Sommige motoruitvoeringen hebben een extern gemonteerde
gashendel en geen aan de motor gemonteerde gashendel zoals hier is
afgebeeld. Raadpleeg de instructies meegeleverd met de door deze
motor aangedreven apparatuur voor informatie over externe bediening.
GASHENDEL
4.
Zet de motorschakelaar in de stand AAN (ON).
5.
Bedien de starter.
Draai de motorschakelaar in de stand START en houd in die stand vast
totdat de motor aanslaat.
Als de motor niet binnen 5 seconden aanslaat, laat de motorschakelaar
dan los en wacht minstens 10 seconden voordat u de starter opnieuw
bedient.
Als u de elektrische starter per keer langer dan 5 seconden gebruikt,
raakt de startmotor oververhit en kunt u deze zo beschadigen.
Laat zodra de motor aanslaat de motorschakelaar los, zodat deze
terugkomt in de stand ON.
6.
Laat de motor 2 tot 3 minuten warmdraaien.
7.
Als u de chokehendel in de stand CLOSED heeft gezet om de motor
starten, verzet deze dan geleidelijk naar de stand OPEN terwijl de motor
warm draait.
CHOKEKNOP
DICHT
L
L
A
A
N
N
G
G
Z
Z
A
A
A
A
M
M
SNEL
OPEN
NEDERLANDS
DE MOTOR UITZETTEN
Als u in een noodgeval de motor snel wilt uitzetten, draait u de
motorschakelaar gewoon naar de stand OFF. Hanteer onder normale
omstandigheden de volgende procedure. Zie de instructies die door de
fabrikant van de apparatuur zijn meegeleverd.
1.
Zet de chokehendel in de stand SLOW (langzaam).
Sommige motoruitvoeringen hebben een extern gemonteerde
gashendel en geen aan de motor gemonteerde gashendel zoals hier is
afgebeeld. Raadpleeg de instructies meegeleverd met de door deze
motor aangedreven apparatuur voor informatie over externe bediening.
GASHENDEL
2.
Zet de motorschakelaar in de stand UIT (OFF).
3.
Als de brandstoftank een kraan heeft, draai deze dan naar de stand
CLOSED of OFF.
MOTORTOERENTAL INSTELLEN
Zet de gashendel in de stand voor het gewenste motortoerental.
Sommige motoruitvoeringen hebben een extern gemonteerde gashendel
en geen aan de motor gemonteerde gashendel zoals hier is afgebeeld. Zie
de instructies die door de fabrikant van de apparatuur zijn meegeleverd.
Zie voor het aanbevolen motortoerental de instructies bij de apparatuur die
door deze motor wordt aangedreven.
GASHENDEL
Koppel de accu niet af van de motor terwijl de motor draait. Als u de accu
afkoppelt, onderbreekt de magneetklep voor brandstoftoevoer de
brandstofstroom naar de hoofdsproeier van de carburateur en slaat de
motor af.
L
L
A
A
N
N
G
G
Z
Z
A
A
A
A
M
M
L
L
A
A
N
N
G
G
Z
Z
A
A
A
A
M
M
SNEL
5