I De voorkeursruimte instellen
De voorkeursruimteinstelling moet apart worden geprogrammeerd bij de eerste installatie. Neem
voor meer informatie contact op met uw leverancier.
De ruimte die is geprogrammeerd als de voorkeursruimte krijgt de hoogste prioriteit in de volgende situaties;
1. Werkingsmodus Prioriteit
Als de werkingsmodus van de voorkeursruimte de hoogste prioriteit heeft kan de gebruiker een andere
werkingsmodus dan die in andere ruimtes inschakelen.
〈Voorbeeld〉
* Ruimte A heeft in de voorbeelden de hoogste prioriteit.
Wanneer de modus KOELEN is ingeschakeld in ruimte A terwijl in de ruimtes B, C en D de volgende
modi zijn ingeschakeld:
Werkingsmodus in ruimte B, C en D
KOELEN, DROGEN of VENTILATOR
VERWARMEN
2. Voorkeur wanneer de modus KRACHTIG is ingeschakeld
〈Voorbeeld〉
* Ruimte A heeft in de voorbeelden de hoogste prioriteit.
De binnenunits in de ruimtes A, B, C en D zijn allemaal ingeschakeld. Als op de unit in ruimte A de modus
KRACHTIG wordt ingeschakeld, zal de hele capaciteit van het systeem worden toegewezen aan ruimte
A. In dat geval zal de koel- c.q. verwarmingscapaciteit van de units in de ruimtes B, C en D licht afnemen.
3. Voorkeur wanneer de modus BUITENUNIT STIL is ingeschakeld
〈Voorbeeld〉
* Ruimte A heeft in de voorbeelden de hoogste prioriteit.
Wanneer de unit in ruimte A wordt ingeschakeld in de modus STIL zal de airconditioner de modus
BUITENUNIT STIL inschakelen.
Het is niet nodig om de modus STIL op alle bestuurde binnenunits in te stellen.
I Ingangsvermogenbegrenzing
• De ingangsvermogenbegrenzer moet, nadat de unit geïnstalleerd is, worden ingesteld.
Neem hiervoor contact op met uw DAIKIN-leverancier.
• Deze functie beperkt het opgenomen vermogen van het apparaat tot 1700 W.
We adviseren u om snelle zekeringen te gebruiken.
(*2)
Lijst met functies en bijbehorende types
De voorkeursruimte instellen
Modus NACHTRUST
Modus Koelen/Verwarmen vergrendelen
Ingangsvermogenbegrenzing
OPMERKING
• De koelcapaciteit zal dalen als de ingangsvermogenbegrenzer wordt gebruikt.
Status van ruimte B, C en D wanneer het apparaat in Ruimte A in
de modus KOELEN is geschakeld
Huidige werkingsmodus blijft ingeschakeld
Het apparaat wordt in de modus Standby geschakeld. Werking
wordt hervat wanneer het apparaat in ruimte A wordt uitgeschakeld.
Als het apparaat in de modus KOELEN is ingeschakeld, zal het
apparaat blijven werken. Als het apparaat in de modus VER-
AUTO
WARMEN is ingeschakeld, zal de modus Standby worden inge-
schakeld. Werking wordt hervat wanneer het apparaat in ruimte
A wordt uitgeschakeld.
2MK / 2AMK 2MX / 2AMX 3MK
Functie beschikbaar
3MX
4MK
4MX
Functie niet beschikbaar
21