INSTRUCTIES VOOR INSTALLATIE EN ONDERHOUD - ORIGINELE VERSIE
AVK HOGE DRUK 'DRY-BARREL' BRANDKRAAN
SERIE 27/00
14. Draai het bevestigingsmateriaal van de spuitkop vast tot 110 Nm.
15. Monteer de beschermkap en de beschermkapbout met een inbussleutel van 8 mm.
16. Nadat de hermontage is voltooid, opent u de toevoerafsluiter en test u de brandkraan op lekkage.
6. OPTIONELE UITRUSTING
6.1 VERLENGSETS: Afb. 10
De onderste loop van AVK brandkranen kan worden aangepast aan de juiste hoogte als gevolg van veranderingen in de afge-
werkte kwaliteit. Verlengsets zijn verkrijgbaar van 150 mm tot 2250 mm in stappen van 150 mm (langer op aanvraag).
WAARSCHUWING: Bij een gedeeltelijk gedemonteerde brandkraan onder leidingdruk kan door het indrukken van de spindel
de hoofdafsluiter (F61) worden geopend en kan die dichtslaan, waardoor waterslag ontstaat. Als het de bedoeling is om de
hoofdafsluiter (F61) te verwijderen, zoek dan eerst de toevoerafsluiter en zorg ervoor dat deze gesloten is. Verlicht de druk op de
hoofdafsluiter (F61) door de brandkraan kortstondig te openen en vervolgens te sluiten.
OPMERKING: Er mag slechts één verlengset van de juiste grootte op een brandkraan worden geïnstalleerd. Meerdere verlengsets
op een enkele brandkraan kunnen de werking van de brandkraan belemmeren. Op AVK brandkranen mogen alleen door AVK
vervaardigde verlengsets worden gebruikt. Verlengsets die niet van AVK zijn kunnen de werking van de brandkraan belemmeren.
De installatie wordt als volgt uitgevoerd:
1. Verwijder de bevestigingsbout van de beschermkap (F1) met een inbussleutel van 8 mm. Verwijder de beschermkap (F2).
2. Verwijder de borgschroef van de borgplaat (F3) en de borgplaat (F4) met een inbussleutel van 3 mm.
Let op: Oudere brandkranen kunnen zijn uitgerust met een stelschroef in plaats van een borgplaat. Verwijder de stelschroef en
leg deze opzij voor later gebruik.
3. Verwijder de drukmoer (F6) met behulp van de AVK bedieningssleutel en draai deze tegen de klok in. Verwijder de bovenste
anti-frictie ring (F8).
4. Verwijder de bedieningsmoer (F10) met behulp van de AVK bedieningssleutel. Draai linksom voor 'Open Brandkraan Links' en
rechtsom voor 'Open Brandkraan Rechts'.
Verwijder de onderste anti-frictie ring (F8) en leg deze samen met de bedieningsmoer opzij.
5. Verwijder de aanslagmoer (F11) van de bovenste spindel (F16) met behulp van het moersleuteluiteinde van de AVK bedie-
ningssleutel.
6. Verwijder de vier bouten van het moderne spuitkopsegment (F71) en de ringen (F31) met een sleutel van 24 mm. Til het spuit-
kopsegment (F29) recht omhoog over de bovenste spindel (F16) om schade aan de O-ringen van de spindelafdichting (F15) te
voorkomen.
7. Verwijder de looppakking (F17) en controleer deze op schade. Vervang indien nodig wat beschadigd is.
8. Verwijder de vier bouten van het spuitkopsegment (F30), de moeren (F34) en de ringen (F31) met een sleutel van 24 mm. Til de
bovenste loop (F35) voorzichtig van het onderstel af.
OPMERKING: Voor 'dry-barrel'brandkranen, serie 27/00 die na 18 februari 2011 zijn gefabriceerd, zijn de brandkranen die worden
ingegraven van 1 tot 2 meter voorzien van brandkraanbegraafplaatjes (F94).
9. Verwijder de onderste veerpen (F38) en schuif de onderste koppelpen (F36) van de onderste spindel (F41). Koppel de boven-
ste spindel (F16) samen met de spindelbreekkoppeling (F37) los van de onderste spindel (F41). Controleer de breekkoppeling op
schade en vervang deze indien nodig.
10. Verwijder de breekflens (F33) en de borgring (F32). Leg deze opzij voor latere hermontage.
11. Installeer een standpijpflens (F46) uit de verlengset en installeer de borgring (F32) opnieuw.
OPMERKING: Zorg ervoor dat de standpijpflens correct is georiënteerd met de verzonken zijde naar de borgringen.
12. Schuif de spin (F39) naar beneden over de verlengspindel (F48) en lijn de spinbevestigingsbout (F40) uit met het voorbereide
gat. Draai de spinbevestigingsbout vast met een sleutel van 17 mm. Niet te strak vastdraaien.
Sinds 1 november 2011 zijn de spin en de spinbout niet meer nodig bij AVK 'dry-barrel' brandkranen.
13. Monteer de verlengspindel (F48) op de onderste spindel (F41) met een nieuwe veerpen (F38), koppelpen (F36) en verleng-
spindelkoppeling (F42).
14. Reinig de bovenkant van de onderste loop (F49) en installeer een looppakking (F17).
15. Indien dit nog niet gebeurd is, installeer dan een borgring (F32) op de onderste groef van de verlengloop (F43). De bovenkant
van de verlengloop is gemarkeerd met een begraaflijn.
16. Plaats de verlengloop (F43) op de onderste loop (F49) en zorg ervoor dat de looppakking (F17) op zijn plaats blijft. Schuif de
standpijpflenzen (F46) tot ze tegen de borgringen (F32) aan liggen.
17. Lijn de boutgaten van de twee standpijpflenzen (F46) uit en monteer de bouten (F44), de moeren (F34) en de ringen (F31) van
de verlengloop zoals weergegeven op afbeelding 10. Draai vast tot 110 Nm.
18. Schuif de breekflens (F33) op de verlengloop (F43). OPMERKING:
De breekflens moet zo worden geïnstalleerd dat de tekst 'DEZE KANT BOVEN' op de breekflens naar boven is gericht.
19. Bevestig de borgring (F32) opnieuw op de verlengloop (F43).
Page 10/16
MI DryBarrelHydrant 2700 rev. C April 2019 HB