Defecten en storingen
Het apparaat is tijdens de productie meerdere keren op een
goede werking getest. Mochten er desondanks storingen
ontstaan, controleer het apparaat dan op basis van de volgende
lijst.
Het apparaat start niet:
• Controleer de netaansluiting.
• Controleer het netsnoer en de netstekker op
beschadigingen.
• Controleer de afzekering van de gebouwinstallatie.
• De bedrijfstemperatuur in het hoofdstuk technische
gegevens aanhouden.
• Het condensreservoir kan vol zijn. Indien nodig het
condensreservoir legen. De segmentweergave mag de
foutcode E2 niet weergeven en de LED Tank Full (17) mag
niet branden.
• Wacht 10 minuten, voordat u het apparaat opnieuw start.
Mocht het apparaat niet opstarten, laat dan een elektrische
controle uitvoeren door gespecialiseerd bedrijf of door
Trotec.
Het apparaat werkt zonder of met een gereduceerde
koelcapaciteit:
• Controleer of de bedrijfsmodus Koeling is ingesteld.
• Controleer of de afvoerluchtslang goed vastzit. Is de
afvoerluchtslang geknikt of verstopt, kan de afvoerlucht
niet worden afgevoerd. Zorg voor een vrije afvoer van de
afvoerlucht.
• Controleer de stand van de ventilatielamellen. De
ventilatielamellen moeten zo ver mogelijk geopend zijn.
• Controleer de luchtfilter(s) op vervuilingen. Reinig resp.
vervang de luchtfilter(s) indien nodig.
• Controleer de minimale afstanden t.o.v. wanden en
objecten. Zet het apparaat evt. verder in de ruimte.
• Controleer of de ruimte geopende ramen en / of deuren
heeft. Sluit deze eventueel. Zorg hierbij dat een raam open
blijft voor de luchtafvoerslang.
• Controleer de temperatuurinstellingen op het apparaat.
Verlaag de ingestelde temperatuur, als deze boven de
ruimtetemperatuur ligt.
Het apparaat maakt herrie, resp. trilt:
• Controleer of het apparaat rechtop en stabiel staat.
Condenslekkage:
• Controleer het apparaat op lekkages.
NL
De compressor start niet:
• Controleer of de oververhittingsbeveiliging van de
compressor is geactiveerd. Scheid het apparaat van het
stroomnet en laat het ca. 10 minuten afkoelen voordat het
weer aansluit op het stroomnet.
• Controleer of de omgevingstemperatuur overeenkomt komt
met de doeltemperatuur (in de bedrijfsmodus Koeling). De
compressor schakelt pas in, als deze temperatuur is
bereikt.
• De compressor start evt. met 3 minuten vertraging, omdat
deze een interne beveiliging heeft tegen directe
herinschakeling.
Het apparaat wordt zeer heet, maakt herrie, resp. verliest
capaciteit:
• Controleer de luchtinlaten en het luchtfilter op vervuilingen.
Verwijder uitwendige vervuilingen.
• Controleer het apparaat uitwendig op vervuilingen (zie
hoofdstuk onderhoud). Laat een inwendig vervuild
apparaat reinigen door een gespecialiseerd bedrijf op het
gebied van koel- en koudetechniek of door Trotec.
Het apparaat reageert niet op de infrarood-
afstandsbediening:
• Controleer of de afstand van de afstandsbediening t.o.v.
het apparaat te groot is en verklein de afstand, indien
noodzakelijk.
• Zorg dat er geen hindernissen, zoals meubels of muren,
zijn tussen apparaat en afstandsbediening. Zorg voor
zichtcontact tussen apparaat en afstandsbediening.
• Controleer de laadtoestand van de batterijen en vervang
ze, indien noodzakelijk.
• Controleer of de polen van de batterijen in de juiste richting
liggen als de batterijen net zijn vervangen.
Werkt uw apparaat na deze controles nog niet
probleemloos?
Neem contact op met de klantenservice. Breng het apparaat
indien nodig voor reparatie naar een gespecialiseerd bedrijf op
het gebied van koel- en koudetechniek of naar Trotec.
lokale airconditioner PAC 3500 S / PAC 3800 S / PAC 3810 S
Let op
Wacht na alle onderhouds- en
reparatiewerkzaamheden minimaal 3 minuten. Schakel
het apparaat daarna weer in.
13