4 Monteren
Inschroeven
Bescherming tegen voch-
tigheid
Kabelwartels
Geschiktheid voor de
procesomstandigheden
12
4
Monteren
4.1
Algemene instructies
Bij instrumenten met schroefdraadaansluiting moet de zeskant op de
procesaansluiting met een passende sleutel worden aangetrokken.
Sleutelwijdte zie hoofdstuk "afmetingen".
Waarschuwing:
De behuizing of de elektrische aansluiting mogen niet voor het in-
schroeven worden gebruikt! Het vastdraaien kan schade, bijv. aan het
draaimechaniek van de behuizing veroorzaken.
Bescherm uw instrument door de volgende maatregelen tegen het
binnendringen van vocht.
•
Gebruik passende aansluitkabel (zie hoofdstuk "Op de voedings-
spanning aansluiten")
•
Kabelwartel resp. stekkerverbinding vast aantrekken
•
Bij een horizontale montage de behuizing zo verdraaien, dat de
wartels resp. stekkerverbindingen naar beneden wijzen.
•
Aansluitkabel voor kabelwartel resp. stekkerverbinding naar bene-
den toe installeren.
Dit geldt vooral bij buitenmontage, in ruimten, waar met vochtigheid
rekening moet worden gehouden (bijvoorbeeld door reinigingspro-
cessen) en op gekoelde resp. verwarmde tanks.
Waarborg voor het behoud van de beschermingsklasse van het in-
strument, dat de deksel van de behuizing tijdens bedrijf altijd gesloten
en eventueel geborgd is.
Waarborg, dat de in hoofdstuk "Technische gegevens" aangegeven
vervuilingsgraad bij de aanwezige omstandigheden past.
Metrisch schroefdraad
Bij instrumentbehuizingen met metrisch schroefdraad zijn de ka-
belwartels af fabriek ingeschroefd. Deze zijn met kunststof pluggen
afgesloten als transportbeveiligingen.
U moet deze pluggen verwijderen voordat de elektrische aansluitin-
gen worden gemaakt.
NPT-schroefdraad
Bij instrumentbehuizingen met zelfafdichtende NPT-schroefdraad
kunnen de kabelwartels niet af fabriek worden ingeschroefd. De vrije
openingen van de kabeldoorvoeren zijn daarom als transportbevei-
liging afgesloten met roden stofbeschermingsdoppen. Deze doppen
bieden geen voldoende bescherming tegen vocht.
De beschermdoppen moeten voor de inbedrijfname door toegela-
ten kabelwartels worden vervangen of met geschikte blindpluggen
worden afgesloten.
Waarborg voor de montage, dat alle onderdelen van het instrument
die in aanraking komen met het proces, geschikt zijn voor de optre-
dende procesomstandigheden.
VEGAFLEX 82 • Foundation Fieldbus