PositionMaster EDP300 DIGITALE STANDSTELLER | CI/EDP300-NL REV. D
Gebruik met ontbrandbare gassen
Neem bij gebruik van het apparaat met ontbrandbare gassen de
volgende punten in acht:
•
Het apparaat moet volgens de opgaven van het
betreffende, geldende toelatingscertificaat worden
toegepast.
•
Het gebruik met aardgas mag alleen in de uitvoering met
de explosieveiligheidsklasse "intrinsieke veiligheid"
plaatsvinden. De ontluchting van de pneumatische
uitgangen moet in niet-Ex-omgevingen worden gevoerd.
•
De maximale omgevingstemperatuur mag 60 °C (140 °F)
niet overschrijden.
•
Bij gebruik met ontbrandbare gassen in de
explosieveiligheidsklasse "Ex n" mag het apparaat alleen
met goedgekeurde kabelwartels worden gebruikt.
•
Bij gebruik met ontbrandbaar gas kan de afdekplaat van
de luchtuitlaat worden verwijderd en de luchtuitlaten
afzonderlijk worden aangesloten. De twee buizen mogen
niet tot één buis samengevoegd worden.
Gebruik in zones met ontbrandbaar stof
Neem bij gebruik van het apparaat in zones met ontbrandbaar
stof de volgende punten in acht:
•
Om het verlies van de explosieveiligheidsklasse te
vermijden, mag de behuizing niet geopend worden.
•
Alleen kabelwartels toepassen, die goedgekeurd zijn voor
de ontstekingscategorie en die aan beveiligingsklasse
≥ IP 6X voldoen.
•
Een gevaar door glijdclusterontlading moet vermeden
worden.
Gebruik in de temperatuurklasse T6
Voor het bedrijf in de temperatuurklasse T6 zorgen dat in
gedeeltelijke of volledig drukloze toestand geen explosieve
atmosfeer in het pneumatische systeem terecht kan komen of
dat deze door passende maatregelen voor het comprimeren
wordt verwijderd.
Bij de inbedrijfstelling in temperatuurklasse T6 moet het
pneumatische systeem zolang bij 1,4 (±0,1) bar worden gespoeld
tot geen explosief mengsel meer aanwezig is, maar toch
minstens 5 minuten. Daarbij moet de EDP300 meervoudig
volledig belucht/ontlucht worden.
Temperatuurgegevens ATEX en IECEx
Explosieveiligheidsklasse Ex i - intrinsieke veiligheid
Temperatuurklasse
Omgevingstemperatuur Oppervlaktetemperatuur
T4
−40 tot 85 °C (−40 tot 185 °F)
T6
−40 tot 40 °C (−40 tot 104 °F)
Explosieveiligheidsklasse Ex n - niet-vonkend
Temperatuurklasse
Omgevingstemperatuur Oppervlaktetemperatuur
T4
−40 tot 80 °C (−40 tot 176 °F)
T6
−40 tot 40 °C (−40 tot 104 °F)
7
100 °C (212 °F)
55° C (131 °F)
100 °C (212 °F)
55° C (131 °F)