De systeemventilator installeren
1
Plaats de systeemventilatoren in de systeemventilator en bevestig de doorvoertules.
2
Plaats de systeemventilator in de systeemkast en monteer de schroeven waarmee de systeemventilator aan de systeemkast vastzit.
3
Plaats het moederbord.
4
Sluit de kabels van de systeemventilator aan op de connectoren op het moederbord.
5
Leid de kabels van de systeemventilator door de opening in de systeemventilatormodule naar buiten, in de richting van het
moederbord.
6
Monteer de schroeven waarmee de schijfbehuizing vastzit.
7
Leid de kabel van het moederbord naar de connector en sluit de kabel daarop aan.
8
Plaats:
a
PCIe-kaartklem
b
geheugenbehuizing
c
optisch station
d
computerkap
9
Volg de procedures in
De voedingskaart verwijderen
1
Volg de procedures in
2
Verwijder:
a
computerkap
b
Voeding
3
Voer de volgende stappen uit zoals wordt getoond in de afbeelding:
a
Schuif de behuizing van de voedingskabel van de sleuf richting de voorkant [1].
b Verwijder de behuizing van de voedingskabel uit de computer [2].
4
Voer de volgende stappen uit zoals wordt getoond in de afbeelding:
a
Koppel stroomkabels van de PSU-kaart los [1].
b Verwijder de schroeven waarmee de PSU-kaart aan het chassis is bevestigd [2].
c
Verwijder de voedingskaart uit de computer [3].
30
Het verwijderen en installeren van onderdelen
nadat u werkzaamheden aan de binnenkant van uw computer heeft
Voordat u in de computer gaat
werken.
verricht.