- groen en oranje aan = correcte werking,
- alleen groen aan = elektrische voeding maar fase omgekeerd of ontbrekende fase. sluit u de algemene
stroomtoevoer van het apparaat af en keert u twee fasen direct om op het aansluitblok van elektrische
stroomtoevoer van de machine. Als het oranje controlelampje niet aan gaat na het wisselen van de fasen,
controleer dan de aanwezigheid van drie fasen op de fasencontrole KA4.
Dient uitsluitend te worden uitgevoerd door een erkende technicus.
Deze fasencontrole dient ter bescherming van de compressor.
Het is verboden de fasen om te draaien op:
‐ contactsluiter (KM2)
- compressor
de hygrometrie en de temperatuur instellen op de Hygro Control en wel zodanig dat ontvochting nodig worden,
zie §2.6.5.
Bij het onder spanning zetten van de regelaar "ECP 600", gaat de ventilatie 5 minuten lang aan. Dit
gebeurt ook als het apparaat onder spanning staat en men de schakelaar "aan/uit" van de met het
apparaat geleverde Hygro Control activeert.
3.2 Uit te voeren controles
Bij comfort instelling van de Hygro Control (zie §2.6.5)
controleren of er warme lucht komt uit de blaas roosters,
controleer of het apparaat het condenswater.
3.3 Instelling van het mantelnetwerk
Regels het luchtdebiet door de schuiven van de roosters aan te passen (aanbevolen snelheid ≈ 1 meter/seconde),
dit moet hetzelfde zijn op alle blaasroosters.
3.4 In werkingstelling van de opties
De verwarmingsopties functioneren vanaf een temperatuur van 4°C van de omgevingslucht.
3.4.1 Extra verwarming
inschakeling: stel de thermostaat in tussen 26 en 28°C (maximaal 30°C), stel in het algemeen een
luchttemperatuur in van 1 tot 2°C hoger dan de temperatuur van het zwembadwater,
Indien uw zwembad beschikt over een afdekking (type rolluik of dekzeil, etc...): wanneer deze afdekking is
geïnstalleerd kunt u de omgevingstemperatuur verlagen (door de thermostaat in te stellen, tot aan
ongeveer 20°C) en de temperatuur van de zwembadruimte verhogen voordat u de afdekking verwijdert.
controleer of met schakelaar "VI/VP" op de stand "VI", en geen verzoek ontvochten, noch ontdooicyclus in
uitvoering:
- de ventilator stopt na een nawerkingsfase van 3 minuten wanneer men de instructiewaarde van de
omgevingstemperatuur verlaagt op de Hygro Control,
- ingeval van overmatige verhitting stopt het apparaat automatisch deze verwarmingsoptie, door onderbreking
van de verwarmingselementen en wordt de ventilatie voortgezet (zolang er een opdracht verwarming actief
is).
Deze veiligheid beschikt over twee inschakelniveaus:
1) via de veiligheidsthermostaat "THS" indien T °C hoger is dan 65°C (de reset vindt automatisch plaats),
2) indien de temperatuur blijft oplopen, wordt het apparaat beveiligd door
middel van een tweede positieve veiligheidsthermostaat "THSM" (zie
lokalisatie § "afmetingen" in bijlage).
=> u schakelt deze weer handmatig in (apparaat uitgeschakeld), na te hebben
gecontroleerd of de luchtafgifte van het apparaat correct is (met de
schakelaar "VI/VP" op "VP"), indien de roosters niet worden belemmerd, het
filter niet is vervuild, en de ventilator niet buiten dienst is.
3.4.2 warmwaterbatterij
van warm water voorzien met een temperatuur van ten minste 45 °C vanaf de warmtebron (verwarmingsketel,
warmtepomp, geothermische‐ of zonneverwarmingsbron), installatie uitgevoerd door een erkende technicus,
met behulp van een circulator (niet meegeleverd) die van stroom wordt voorzien door de C‐C klemmen op het
elektrische aansluitblok.
H03746‐00.A1.NL – 2012/10
10