・ De rollen die aan deze bedieningselementen kunnen worden
toegewezen, zijn als volgt:
[ Selecteer middelste
K
scherpstelpunt ]
4 [ Focuspositie opslaan ]
[ Scherpstellingspositie
3
oproepen ]
A [ AF-AAN ]
[ Alleen AF-vergrendeling ]
F
[ AE-vergrendeling
E
(vasthouden) ]
[ AE-vergrendeling (reset bij
D
loslaten) ]
[ Alleen AE-vergrendeling ]
C
[ AE/AF-vergrendeling ]
B
[ FV-vergrendeling ]
r
h [ c Uitschakelen/inschakelen ]
[ Voorbeeld ]
q
[ Matrixmeting ]
L
[ Centrumgerichte meting ]
M
[ Spotmeting ]
N
[ Op hoge lichten gerichte
t
meting ]
1 [ Bracketing-burst ]
A Persoonlijke instellingen: camera-instellingen nauwkeurig afstellen
Optie
388
1
w y j k
z S 3 l
— — 4 4 — — — —
— — — — — 4 — —
— — — — — — 4 —
4 4 4 — — 4 4 —
4 4 4 — — 4 4 —
4 4 4 — 4 4 4 —
4 4 4 — 4 4 4 —
4 4 4 — — 4 4 —
4 4 4 — — 4 4 —
4 4 — — — 4 4 —
4 4 — — — 4 4 —
4 4 — — 4 4 4 —
4 4 — — — 4 4 —
4 4 — — — 4 4 —
4 4 — — — 4 4 —
4 4 — — — 4 4 —
4 4 — — — 4 4 —