Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Leiding- En Luchtaansluitingen; Algemene Leidingaansluitingen; Symboolverklaring - Nibe F110 Handleiding Voor Installateur

Verberg thumbnails Zie ook voor F110:
Inhoudsopgave

Advertenties

4 Leiding- en luchtaansluitingen

Algemene leidingaansluitin-
gen
Leidingen moeten volgens de geldende normen en
richtlijnen worden aangesloten.
De F110 is uitsluitend ontworpen voor verticale instal-
latie. De boiler is uitgerust met knelkoppelingen voor
koperen of kunststof leidingen. Er moeten interne
steunbussen worden aangesloten wanneer een
kunststof leiding of roodkoperen leiding wordt geïn-
stalleerd. Het mengventiel wordt ingesteld op de ge-
wenste temperatuur van het warmtapwater. Draai het
mengventiel naar links om de temperatuur van het
warmtapwater te verhogen. Instelbereik 40–65 °C.
Overloopwater uit de opvangbak en veiligheidskleppen
van de verdamper wordt via verzamelleidingen die niet
onder druk staan naar een afvoer geleid, zodat er geen
letsel kan optreden door spetters heet water. De over-
loopleiding moet over de hele lengte omlaag lopen
om waterzakken te voorkomen. Bovendien moet de
leiding vorstvrij zijn aangelegd.
De veiligheidsklep (FL1) moet regelmatig worden ge-
controleerd, circa vier keer per jaar.
1. Draai de veiligheidsklep tegen de klok in.
2. Controleer of er water door de overstortleiding
van de veiligheidsklep stroomt.
3. Als er geen water uitkomt, neemt u contact op met
de installateur om de veiligheidsklep direct te ver-
vangen.
Bij de veiligheidsklep komt soms een beetje water vrij
nadat warm water is gebruikt. Deze uitstroom wordt
veroorzaakt door de uitzetting van koud water dat in
de boiler wordt opgenomen, waardoor een toename
van de druk optreedt en de veiligheidsklep wordt geo-
pend.
Voorzichtig!
Voordat de F110 wordt aangesloten, moeten
de leidingsystemen worden doorgespoeld om
te voorkomen dat componenten beschadigd
of verstopt raken door verontreinigingen.

Symboolverklaring

Sym-
Betekenis
bool
Afsluiter
Elektrische bijverwarming
Overstortventiel
Circulatiepomp
Ventilator
Compressor
Warmtewisselaar
12
Hoofdstuk 4 |
Leiding- en luchtaansluitingen
Systeemschema
De F110 bestaat uit een warmtepompmodule, boiler,
elektrisch verwarmingselement en controlesysteem.
Als de lucht de verdamper passeert, verdampt het
koudemiddel vanwege het lage kookpunt. Op die
manier wordt de energie uit de lucht afgegeven aan
het koudemiddel.
Het koudemiddel wordt vervolgens in een compressor
samengeperst, waardoor de druk en temperatuur ver-
der stijgen.
Het warme koudemiddel wordt naar de condensor
geleid. Hier geeft het koudemiddel zijn energie af aan
het warmtapwater, waarna het koudemiddel van een
gas overgaat in een vloeistof.
Het koudemiddel wordt via filters naar een expansie-
klep geleid waar de druk en de temperatuur worden
teruggebracht.
De cyclus van het koudemiddel is nu afgerond en het
koudemiddel keert terug naar de verdamper.
NIBE™ F110

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave