i (User settings (Gebruikersinstellingen)) stand
Combinaties van de meest gebruikte instellingen voor opname
kunnen worden opgeslagen. De opgeslagen instellingen kunnen
direct voor opname worden opgeroepen door de keuzeknop naar
i te draaien.
Films opnemen
Films kunnen in elke
opnamestand worden
opgenomen.
Druk op de b (e filmopname)
knop om de filmopname te
starten. Druk nogmaals op de
b (e filmopname) knop om de filmopname te stoppen.
De instelring gebruiken
De volgende functies kunnen worden
ingesteld door tijdens de opname aan
de instelring te draaien.
In A (auto) stand wordt de
zoomstand (gelijk aan
brandpuntsafstand/
kleinbeeldformaat [135]) ingesteld op
de op de monitor weergegeven
posities. De functie van de instelring kan tevens worden ingesteld
op belichtingscompensatie.
U kunt de kleurtoon in de Voedsel onderwerpstand en de
effecttoepassing in de speciale effecten stand aanpassen.
De belichting kan worden gewijzigd in de A, B, C of D stand. De
functie van de instelring kan tevens worden ingesteld op andere
functies zoals ISO-waarde, fijnafstelling witbalans en handmatige
scherpstelling.
Instelring
Overige functies
27