SmartRelais 3-systeem
Vergrendelen in de niet geautoriseerde periode (relaiscontacten openen)
Automatisch vergrendelen
altijd
Controller: opent re-
laiscontacten (ver-
grendelt) zodra de
autorisatie in het
tijdzoneplan eindigt.
Identificatiemedia
sluiten de relaiscon-
tacten (ontgrende-
len) in de niet geau-
toriseerde periode
voor de ingestelde
pulsduur.
10.11.2 Uitgebreide configuratie met SmartOutput-modules
Ontgrendelen binnen de bevoegde periode (relaiscontacten sluiten)
Automatisch ontgrendelen
altijd
alleen indien vergrendeld
(Manual)
alleen indien ver-
grendeld
Controller: opent re-
laiscontacten (ver-
grendelt) zodra de
autorisatie in het
tijdzoneplan eindigt.
Identificatiemedia
sluiten de relaiscon-
tacten (ontgrende-
len) in de niet geau-
toriseerde periode
voor de ingestelde
pulsduur.
Handmatig vergrendelen
altijd
Controller: opent re-
laiscontacten (ver-
grendelt) zodra een
identificatiemedium
wordt bediend.
Identificatiemedia
sluiten de relaiscon-
tacten (ontgrende-
len) in de niet geau-
toriseerde periode
voor de ingestelde
pulsduur.
Handmatig ontgrendelen
altijd
10. SREL3 ADV in de LSM
alleen indien ver-
grendeld
niet mogelijk
alleen indien vergrendeld
107 / 157