Het bevestigingsmateriaal voor beugelmontage (schroeven en
ringen, of moeren, ringen en bouten) is niet meegeleverd. De
openingen in de beugelsteun hebben een diameter van 7,9 mm
5
(
/
inch). Voordat u het toestel aan een beugel kunt monteren,
16
moet u het montagemateriaal kiezen dat in de gaten van de
beugelsteun past en het toestel stevig kan bevestigen aan uw
specifieke montageoppervlak. De vereiste grootte van het
voorboorgat hangt af van het gekozen montagemateriaal.
U kunt alleen de modellen van acht en twaalf inch aan een
beugel monteren. Door de grootte van de modellen van vijftien
inch moet u deze verzonken of vlak monteren.
1
Markeer de locatie van de vier boorgaten met de
meegeleverde beugelsteun
2
Maak de boorgaten met een boor die geschikt is voor uw
montagemateriaal.
3
Bevestig de beugelsteun aan het oppervlak met behulp van
uw montagemateriaal
4
Installeer de beugelsteunknoppen
het toestel.
5
Plaats het apparaat in de beugelsteun en draai de
beugelsteunknoppen aan.
Het toestel beveiligen
U kunt het toestel aan uw boot vergrendelen voor extra
veiligheid (optioneel).
1
Monteer het toestel aan de beugel
beugel monteren, pagina
2
Bevestig de achterkant van de behuizing
behulp van een gecoate gevlochten staalkabel (niet
meegeleverd) en een slot (niet meegeleverd).
2
als sjabloon
.
.
aan de zijkanten van
(Het toestel aan een
1).
aan de boot met
Het toestel verzonken monteren
Wees voorzichtig wanneer u het gat zaagt om het toestel
verzonken te monteren. Er is slechts weinig ruimte tussen de
behuizing en de montagegaten. Als u het gat te groot zaagt, kan
het toestel mogelijk niet stabiel worden bevestigd.
De meegeleverde sjabloon en het meegeleverde
bevestigingsmateriaal kunnen worden gebruikt om het toestel
verzonken te monteren op uw dashboard. Als u het toestel zo
wilt monteren dat het scherm op gelijke hoogte als het
dashboard ligt, moet u een pakket voor verzonken montage
aanschaffen bij uw Garmin dealer.
1
Snijd de montagesjabloon uit en controleer of deze past op
de locatie waar u het toestel wilt monteren.
2
Verwijder de beschermfolie van de zelfklevende achterzijde
van de sjabloon en breng deze aan op de locatie waar u het
toestel wilt monteren.
3
Maak met een boor van 13 mm (½ inch) een of meer gaten in
de hoeken van de ononderbroken lijn op de sjabloon om het
montageoppervlak voor te bereiden voor zagen.
4
Zaag met een decoupeerzaag het montageoppervlak uit
langs de binnenkant van de ononderbroken lijn op de
sjabloon.
5
Plaats het toestel in de opening om te testen of dit past.
6
Gebruik indien nodig een vijl en schuurpapier om de opening
heel precies op maat te krijgen.
7
Als het toestel goed in de opening past, dient u te controleren
of de montagegaten op het toestel zijn uitgelijnd met de
grotere gaten van 7,2 mm (
8
Markeer de nieuwe locaties van de montagegaten als deze
niet zijn uitgelijnd met het toestel.
9
Maak de grotere gaten met een boor van 7,2 mm (
10
Plaats vanaf één hoek van de sjabloon een moerplaat
over het grotere gat
Het kleinere gat van 3,5 mm (
moet worden uitgelijnd met het kleinere gat op de sjabloon.
11
Markeer de nieuwe locatie van het gat als het kleinere gat
9
van 3,5 mm (
/
inch) op de moerplaat niet is uitgelijnd met
64
het kleinere gat op de sjabloon.
12
Herhaal de stappen 10–11 om de plaatsing van de
resterende moerplaten en gaten op de sjabloon te
controleren.
13
Maak de kleinere gaten met een boor van 3,5 mm (
14
Verwijder de sjabloon van het montageoppervlak.
15
Plaats vanaf één hoek van de montagelocatie een moerplaat
op de achterzijde van het montageoppervlak, waarbij u de
grote en kleine gaten uitlijnt.
Het hogere gedeelte van de moerplaat moet passen in het
grotere gat.
LET OP
9
/
inch) op de sjabloon.
32
dat u in stap 9 hebt geboord.
9
/
inch)
op de moerplaat
64
GPSMAP 8000 installatie-instructies
9
/
inch).
32
9
/
inch).
64