de frequentie (max. 3
niveaus). De als laatste inge-
stelde frequentie wordt opge-
slagen.
Volume van de hoorn
instellen
Voor het volume van het
hoorn heeft u de keuze uit 2
niveaus (standaardinstelling:
niveau 1).
c?9
Hoorn opnemen,
functie selecteren.
1
2
/
1: zachter, 2: luid.
?a
Programmeer-
toets indrukken,
hoorn opleggen.
Toets-bevestigingssignaal
uit-/inschakelen
Als het „bevestigingssignaal" is
ingeschakeld, klinkt na elke
toetsdruk op het toestel een
akoestisch signaal. U weet dan
dat het toestel de toetsdruk
heeft geregistreerd. U kunt
het bevestigingssignaal uit- en
ook weer inschakelen:
c?111
Hoorn opnemen,
functie selecteren.
0
1
/
0: uitschakelen, 1:
inschakelen.
?a
Programmeer-
toets indrukken,
hoorn opleggen.
Wachtmuziek uit-/
inschakelen
c?110
Hoorn opnemen,
functie selecteren.
0
1
/
0: uitschakelen,
1: inschakelen.
?a
Programmeer-
toets indrukken,
hoorn opleggen.
Groep nummers
blokkeren/deblokkeren
U kunt tot 3 nummergroepen
blokkeren. Dit betekent dat
telefoonnummers die begin-
nen met de geblokkeerde cij-
fers, niet kunnen worden
gekozen.
6
NL
c?86
1
3
...
o
?a
Deblokkeren
c?86
1
3
...
?a
Telefoon blokkeren/
deblokkeren
Met een geblokkeerd toestel
kunnen, met uitzondering van
een opgeslagen alarmnum-
mer, (zie „Alarmnummer
opslaan/verwijderen") geen
telefoonnummers worden
gekozen. Inkomende oproe-
pen kunnen wel worden
beantwoord.
c?8
1
0
/
?a
Blokkering tijdelijk voor 1
oproep opheffen
c?82?
o
a
Na het opleggen van de hoorn
is de blokkering weer inge-
schakeld.
Hoorn opnemen,
functie selecteren.
1e, 2e of 3e blok-
keerpositie invoe-
ren.
Te blokkeren
groep van tele-
foonnummers
invoeren (max. 3
cijfers).
Programmeer-
toets indrukken,
hoorn opleggen.
Hoorn opnemen,
functie selecteren.
Te deblokkeren
positie invoeren.
Programmeer-
toets indrukken,
hoorn opleggen.
Hoorn opnemen,
functie selecteren.
1: blokkeren; 0:
deblokkeren.
Programmeer-
toets indrukken,
hoorn opleggen.
Hoorn opnemen,
functie selecteren.
Telefoonnummer
invoeren.
Na het gesprek de
hoorn opleggen.