Problemen opsporen en verhelpen
Probleem
32
Wat te controleren
Hoe controleren
4. Zet het spuitapparaat op OFF
(uit) en draai de motorventilator
1/2 draai. Start het
spuitapparaat weer. Als het
spuitapparaat werkt, vervang
dan het schakelbord. Als het
spuitapparaat niet draait, gaat u
door naar stap 5.
5. Voer de draaitest uit: test met
een grote 4-pins
motoraansluiting. Koppel de
vloeistofpomp los van het
spuitapparaat. Test de motor
door een jumper op pennen 1
en 2 te plaatsen.
Laat de motorventilator
ongeveer 2 omwentelingen per
seconde draaien. U moet een
schokkerige weerstand aan de
ventilator voelen. De motor
moet vervangen worden als er
geen weerstand is. Herhaal
voor de pencombinaties 1 en 3
en 2 en 3. Pen 4 (de groene
draad) wordt niet gebruikt in
deze test. Als alle draaitesten
positief zijn, gaat u naar stap 6.
GR BL RD ZW
STAP 1:
GR BL RD ZW
STAP 2:
GR BL RD ZW
STAP 3:
3A6565D