Figuur 6
1. Stuurkolom
2. Machinekabelboom
3. Connector met 4 contacten
(machinekabelboom)
4. Connector met 4
pinnen (kabelboom van
tandwielkast)
4.
Snij de kabelbinder waarmee de
machinekabelboom aan de beugel is
bevestigd door. Zorg ervoor dat de schuifsteun
op zijn plek blijft
(Figuur
weg.
5.
Sluit de connectoren van de tandwielkast aan
op de connectoren van de kabelboom van de
machine
(Figuur
6).
•
Connector met 2 pinnen van de tandwielkast
op de connector met 2 contacten van de
kabelboom van de machine
•
Connector met 4 pinnen van de tandwielkast
op de connector met 4 contacten van de
kabelboom van de machine
6.
Wikkel de extra machinekabelboom losjes rond
de stuurmotor zoals getoond in
7.
Gebruik de kabelbinder die werd meegeleverd
met de set en bevestig de kabelboom van de
tandwielkast aan de schuifsteun zoals getoond
in
Figuur
6.
8.
Sluit de motorkap.
g344561
5. Kabelboom van
tandwielkast
6. Druknagel
7. Connector met 2 contacten
(machinekabelboom)
8. Connector met 2
pinnen (kabelboom van
tandwielkastmotor)
6). Gooi de kabelbinder
Figuur
6.
7
De naaf smeren
Geen onderdelen vereist
Procedure
Smeer de naaf; zie
De naaf smeren (bladz.
8
Achterwiel monteren
Geen onderdelen vereist
Procedure
1.
Gebruik de eerder verwijderde wielmoeren om
het wiel aan de naaf te bevestigen
1. Wielmoer
2.
Draai de wielmoeren vast (in een kruispatroon
zoals getoond in
108 tot 122 N·m.
4
6).
(Figuur
Figuur 7
Figuur
8) met een torsie van
Figuur 8
7).
g300939
g274650