Gebruikershandleiding
INGANGEN
Niveau/
emissie/
drukschakelaar
Reiniging
onderbreken
Ventilatorfeedback
Draairichting
ventilator
Geforceerde reiniging
Filterstop
Afstands-
∆P-sensor
16
Op voorwaarde dat het is ingesteld, geeft het systeem een alarm of
waarschuwing voor de niveau/emissie/drukschakelaar wanneer de ingang
respectievelijk 60/10/120 seconden open is. Wanneer de ingang gesloten
is (en het alarm teruggesteld is) verdwijnt het bericht.
Met de onderbrekingsfunctie biedt de controller de mogelijkheid om de
reinigingscyclus op elk moment te onderbreken en opnieuw op te starten.
Dat is vooral nuttig bij ventilatietoepassingen waar de bestaande filter voor
een kortere periode werkt en de volledige reinigingscyclus mogelijk niet
plaatsvindt. De onderbrekingsfunctie kan worden gebruikt om de reiniging
te starten en te stoppen zonder dat de controller zich reset (de functie slaat de
laatst geregelde klep op) en waarbij alle filterelementen worden gereinigd.
Omdat de onderbrekingsfunctie ook kan worden gebruikt als veiligheids-
functie annuleert ze alle andere reinigingsinstructies. Er wordt geen enkele
reiniging uitgevoerd wanneer de ingang reiniging onderbreken geopend is.
De ingang ventilatorfeedback kan worden gebruikt om offlinereiniging op
te starten. In dat geval moet de ingang worden aangesloten op het hulp-
contact van het hoofdcontact van de ventilator. Terwijl de ventilator draait,
is de ingang gesloten en voert het systeem onlinereiniging uit. Als de ven-
tilator stopt, gaat de ingang open en voert het systeem na enige tijd de
offlinereinigingscycli uit.
Op voorwaarde dat het is ingesteld zal het systeem een alarm voor de
draairichting van de ventilator geven als de ingang gedurende 5 seconden
open is. Wanneer de ingang gesloten is (en het alarm teruggesteld is)
verdwijnt het bericht.
De ingang geforceerde reiniging kan worden gebruikt om het systeem te
forceren om te reinigen, ongeacht de status van het systeem. Zodra de
ingang open is, begint het systeem met reinigen tot de ingang gesloten is.
Als de filterstop is ingesteld, zal de controller alle reinigingsactiviteiten
stoppen en de ventilator stoppen zodra de ingang open is. Er verschijnt
een alarmbericht. Zolang de ingang open is, kan noch het reinigingssys-
teem noch de ventilator werken. Om te resetten moet de ingang gesloten
en het alarm teruggesteld worden.
De C200 heeft de mogelijkheid om met een afstands- ∆P-sensor te
werken. Als deze optie geselecteerd is, annuleert het signaal van de 4-20
mA-ingang het signaal van de interne ∆P-sensor.
Controller C 200