Submenu
PARALLEL REMOTE
36
Afstellingen in menu's verrichten
Instelling
Om de PARALLEL REMOTE-
stekkerpennen te kiezen waarvan u
de functie wilt wijzigen.
U kunt diverse functies toekennen
aan pen 1 tot 4 en pen 6 tot 8.
Hieronder staan de functies die u
aan de pennen kunt toekennen.
• – – – ("– – –": Geen functie
toegekend.)
• COMPOSITE
• Y/C
• RGB
• COMPONENT
• DVI
• HD15
• OPTION A-1
• OPTION A-2
• OPTION B-1
• OPTION B-2
• OVERSCAN
• FULL
• NORMAL
• ZOOM
• NATIVE
• 4:3
• 16:9
• TALLY G
• EXT SYNC
• AUTO SYNC DETECT
• BLUE ONLY
• MONO
• MIRROR IMAGE
• FLICKER FREE
Opmerking
Wanneer u de PARALLEL
REMOTE-functie gebruikt, moet u
kabels aansluiten. Voor nadere
informatie, zie zie pagina 40.
Submenu
Instelling
SERIAL REMOTE
Om de te gebruiken modus te
kiezen.
• OFF: SERIAL REMOTE werkt
• ETHERNET: De monitor wordt
• RS-232C: De monitor wordt
MONITOR
Om de monitorinstelling uit te
voeren.
CONNECTION
Voor het instellen van de
aansluiting van de monitor en de
controller.
Het menu KEY INHIBIT
KEY INHIBIT
K E Y I N H I B I T :
U kunt de instelling blokkeren, zodat deze niet door
onbevoegden kan worden veranderd.
Kies OFF of ON.
In de stand ON zijn alle items zwart ten teken dat deze
zijn geblokkeerd.
niet.
geregeld door het
commando van Ethernet.
geregeld door het
commando van RS-232C.
MONITOR ID: voor het
instellen van het id van de
monitor.
GROUP ID: voor het
instellen van het groeps-id
van de monitor.
IP ADDRESS: Om het IP-
adres in te stellen.
SUBNET MASK: Om het
subnet-mask in te stellen.
(255.255.255.000)
DEFAULT GATEWAY:
Om de standaard gateway in
of uit te schakelen.
ADDRESS: Om de
standaard gateway in te
stellen.
CANCEL: Om de instelling
voor het annuleren te kiezen.
CONFIRM: Om de
instelling voor het opslaan te
kiezen.
PEER TO PEER: voor een
rechtstreekse verbinding.
LAN: voor verbinding via
een netwerk.
xx