4.4. Omgevingstemperatuur
• Het apparaat kan worden gebruikt bij een
omgevingstemperatuur van 0 °C tot 35 °C en een relatieve
luchtvochtigheid tot 80% (niet-condenserend).
• In uitgeschakelde toestand kan het apparaat worden
opgeslagen bij een temperatuur tussen -20 °C en +60 °C.
GEVAAR!
Gevaar voor een elektrische schok!
Bij grote schommelingen in temperatuur of
luchtvochtigheid kan er door condensatie
vochtvorming optreden die kortsluiting kan
veroorzaken.
Wacht nadat u het apparaat heeft vervoerd zo lang
met de ingebruikname totdat het apparaat de
omgevingstemperatuur heeft aangenomen.
7