2
BESCHRIJVING
In dit hoofdstuk wordt kort de werking van de Enbar uitgelegd, tevens wordt aan de hand van
schematische tekeningen de plaats van verschillende onderdelen aangeduid.
2.1
Werkingsprincipe
De Enbar L.V.M. (Laag Volume Mist) is een ruimtebehandelingsunit waarmee dosering van
gewasbeschermingsmiddelen met een goede verdeling en een goede doordringing in het gewas
mogelijk is.
De installatie vernevelt een vloeibaar gewasbeschermingsmiddel in een luchtstroom, de nevel wordt
hierdoor door heel de teeltruimte verspreid.
De globale werking is als volgt (gebruikte nummers hebben betrekking op de onderdelen in paragraaf
2.2).
In het vloeistofreservoir (13) wordt het gewasbeschermingsmiddel gedaan, na het startsignaal gaat de
ventilator (12) aan en zorgt de compressor (16) voor voldoende luchtdruk in het systeem. Gelijktijdig
gaat in het vloeistofreservoir een roermenger (6) ronddraaien om het middel opgelost te houden en
klonteren of neerslaan te voorkomen. De ventilator begint nu voor te ventileren, zodat er een
luchtstroom in de teeltruimte op gang komt, de tijd dat wordt voorgeventileerd is instelbaar.
Vlak voor de uitstroom van de ventilator bevindt zich een nozzle (2) die een vloeistof en een
luchtaansluiting heeft. Wanneer het daadwerkelijke vernevelprogramma start schakelt de luchtklep en
verlaat de perslucht de luchttank (10) via de drukregelaar naar (8) de nozzle, hierbij ontstaat door de
Venturi-werking in de nozzle een onderdruk. Door deze onderdruk wordt het
gewasbeschermingsmiddel via de filter (4) en doorstroombegrenzer (3) opgezogen en vernevelt bij de
kop van de nozzle. Daar de nozzle zich in de luchtstroom van de ventilator bevindt wordt zo het
middel verneveld in de luchtstroom en verspreid door de ruimte.
De Enbar blijft gedurende een ingestelde tijd vernevelen, hierna wordt automatisch overgegaan op
naspoelen. De waterklep schakelt om en het water uit het naspoelreservoir (11) wordt verneveld,
hierbij wordt het systeem schoongespoeld. Het naspoelen duurt ca. 3 minuten. Na het naspoelen
wordt gedurende een ingestelde tijd nageventileerd, dit om ook het laatste beetje middel en vocht
goed te verspreiden.
Alle stappen en componenten worden door een PLC aangestuurd.
Pagina 7 van 32