3. Haal het losse uiteinde van de slang omlaag en door
de R-klem naar de straalpomp. Plaats een borgmoer
op de bout in de R-klem en zet deze voorlopig
zodanig vast dat ze nog gemakkelijk met de hand los
te draaien is (Figuur 23). Dit laat latere aanpassingen
toe.
4. Leid het losse uiteinde van de slang naar achter in de
richting van de naar voren gerichte opening van de
klap van de straalpomp.
Aan de straalpomp aansluiten
1. Monteer het overgebleven eind van de slang op de
naar voren gerichte opening van de straalpomp die
van schroefdraad is voorzien (Figuur 24). Bevestig
aan de straalpomp met de plastic moer.
1 2
Figuur 24
1. Losse uiteinde van de
slang
2. Draai de vleugelmoer rond de schroefdraad van de
straalpomp om de slang vast te zetten (Figuur 24).
3. Controleer de montage van de slang. Zorg ervoor dat
ze los genoeg hangt (Figuur 25) zodat de straalpomp
nog naar beneden kan bewegen.
3
Figuur 25
1. Voorste slang
2. Tank
G014221
2. Van schroefdraad
voorziene opening van
de straalpomp
1
2
G014016
3. Los genoeg voor de
straalpomp
6
De toevoerslang monteren
Benodigde onderdelen voor deze stap:
1
Toevoerslang
1
Slangklem
Aan de straalpomp aansluiten
1. Zoek de toevoerslang tussen de losse onderdelen.
Zoek het uiteinde met de rechte geribde aansluiting,
plastic moer en slangklem.
2. Monteer dit uiteinde van de slang op de naar achteren
gerichte opening van de straalpompklep (Figuur 26).
Bevestig aan de straalpomp met de plastic moer.
G014222
1. Losse uiteinde van de
slang
2. Van schroefdraad
voorziene opening van
de straalpomp
De klep aansluiten
1. Breng het losse uiteinde van de toevoerslang naar
achteren. De slang loopt langs de pomp en keert
terug naar de klep onder de overdrukklep (Figuur 27).
12
3
2
1
Figuur 26
3. Vleugelmoer vastgedraaid