Download Inhoudsopgave Inhoud Print deze pagina

Instellingen Wijzigen; Voordat U Aan De Slag Gaat; User Patches En Preset Patches; Inhoud Van Een Patch - Boss GX-700 Handleiding

Inhoudsopgave

Advertenties

Instellingen wijzigen

4.
Maar wat zit er eigenlijk onder een Patch nummer? Verschillende dingen: de volgorde van de effectblokken en
de instellingen van de individuele effectblokken. In dit hoofdstuk tonen we hoe u de inhoud van een Patch num-
mer kunt wijzigen om uw eigen effecten te maken. Daarna leert u deze eigen creaties bewaren, zodat u ze later
opnieuw kunt gebruiken.

4.1 Voordat u aan de slag gaat...

User Patches en Preset Patches

We vertelden u reeds dat de 200 Patches in de
GX-700 uit User en Preset Patches bestaan. Wat is
het verschil?
User Patches (Patch nummers 1~100)
Vanuit de fabriek zitten op deze Patch nummer
dezelfde effecten als op de overeenkomstige Preset
Patch nummers, maar het grote verschil is dat u de
inhoud van User Patches kunt overschrijven met
effecten die u zelf hebt gemaakt.
Preset Patches (Patch nummers 101~200)
Dit zijn de effecten die we de GX-700 vanuit de
fabriek hebben meegegeven. Deze Patch nummers
kunt u niet overschrijven.
Dat betekent echter niet dat u de inhoud van een
Preset Patch niet kunt wijzigen; dat kunt u wel.
Alleen is het zo dat u de gewijzigde versie van zo'n
Patch niet in de Preset geheugens kunt opslaan.
Daarvoor moet u uitwijken naar de User Patch
nummers.
Opmerking: De User Patch nummer 1 wordt vooraf-
gegaan door een Patch die "UNDO" heet. Deze Patch
bevat de instellingen die u het laatst hebt gewijzigd.
Wat u daarmee kunt doen leest u onder "Wijzigingen
annuleren en herstellen" op blz. 22.

Inhoud van een Patch

Voor alle duidelijkheid sommen we hier eerst even
de "componenten" op waaruit een Patch bestaat:
Aan/uit status van ieder effectblok
U hoeft natuurlijk niet steeds alle effecten te
gebruiken, u kunt bepaalde effecten ook gewoon
uitschakelen.
Instellingen wijzigen, Voordat u aan de slag gaat...
Instellingen voor de individuele effectblokken
Ieder effectblok is opgebouwd uit een aantal para-
meters (variabele instellingen). Door deze te wijzi-
gen bepaalt u de klank van het effect.
Uitgangsvolume
Met deze parameter bepaalt u de volumebalans tus-
sen het directe geluid (ingangssignaal) en het
effectgeluid.
Toewijzing van stuurbronnen
U kunt speelhulpen en dergelijke van externe
instrumenten gebruiken om parameters van de
GX-700 aan te sturen. Voor iedere Patch kunt u
drie stuurbronnen kiezen.
Patch naam
Iedere Patch kunt u een naam geven, zodat u ach-
teraf tenminste een idee hebt van wat u te horen
gaat krijgen.

Informatie in het display

Tijdens het editen (dat is het wijzigen van effectpa-
rameters) geeft het display u de volgende informa-
tie.
Tijdens het editen van parameterinstellingen
editen
Parameter die u rechtstreeks
kunt editen
naam
Ingangsvolumemeter
15

Advertenties

Inhoudsopgave
loading

Inhoudsopgave