ventilatie aanpassen
Vink "ventilatie aanpassen" aan in combinatie met het
afstellen van de ventilatie. De selectie is actief zolang u
in het menu blijft, maar wordt uitgeschakeld zodra u het
menu verlaat.
vent.synch. bediening
Selecteer of de ventilator dezelfde snelheid moet aan-
houden ongeacht de vraag of de compressor al dan niet
draait, dan wel op verschillende snelheden moet draaien.
Als de functie is geactiveerd, geldt ventilatorsnelheid 2
als de compressor niet draait en de normale ventilator-
snelheid geldt als de compressor draait.
LET OP!
Een onjuist ingestelde ventilatiestroom kan het
huis beschadigen en kan tot een hoger energie-
verbruik leiden.
Menu 5.1.5.1 - ventilatie aanpassen
ventilatorsnelheid
Instelbereik: 0-100 %
Fabrieksinstelling: de waarde geselecteerd in "nor-
maal" in menu 5.1.5.
actueel luchtdebiet
Instelbereik: 1 – 400 m
Fabrieksinstelling: 0 m
3
Hier stelt u het luchtdebiet in en regelt u de ventilator-
snelheid tijdens het afstellen van de ventilatie.
"ventilatie afstellen": Activeer deze functie terwijl de
ventilatie wordt afgesteld.
"ventilatorsnelheid": Hier kunt u de ventilatorsnelheid
afstellen terwijl "ventilatie afstellen" is geactiveerd.
Voorzichtig!
Als de ventilatorsnelheid tijdens het afstellen te
hoog is, wordt er onderaan de pagina aangege-
ven dat deze moet worden verlaagd.
"actueel luchtdebiet": Hier stelt u het actuele luchtde-
biet in dat gemeten is tijdens het afstellen van de venti-
latie.
Voorzichtig!
Bij het verrichten van deze instelling is het be-
langrijk dat de ventilatiestroom stabiel is.
De functie wordt gedeactiveerd als u het menu verlaat.
Menu 5.1.10 - bedr.modus circulatiepomp
bedrijfsstand
Instelbereik: auto, intermitterend
Standaardwaarde: auto
Standaardwaarde: intermitterend
NIBE F730
3
/u
/u
Stel hier de bedrijfsmodus van de circulatiepomp verwar-
mingssysteem in.
auto: De circulatiepomp draait volgens de huidige be-
drijfsmodus van de F730.
intermitterend: De circulatiepomp verwarmingssysteem
start ca. 20 seconden eerder en stopt tegelijk met de
compressor.
Menu 5.1.11 - pompsnelheid CV-systeem
verwarming
Instelbereik: 1 - 100 %
Fabrieksinstelling: 70 %
warmtapw.
Instelbereik: 1 - 100 %
Fabrieksinstelling: 70 %
snelheid wachtmodus
Instelbereik: 1 - 100 %
Standaardwaarde: 30 %
max. toegest. snelheid
Instelbereik: 50 - 100 %
Standaardwaarde: 100 %
Hier stelt u in of de snelheid van de circulatiepomp van
het verwarmingssysteem automatisch of handmatig
moet worden geregeld tijdens verwarmen en warmtap-
water. Selecteer "auto" als de snelheid van de circulatie-
pomp van het verwarmingssysteem automatisch (fa-
brieksinstelling) geregeld moet worden voor een opti-
male werking. Selecteer handmatig als u de snelheid van
de circulatiepomp van het verwarmingssysteem tijdens
verwarmen en warmtapwater zelf wilt instellen.
Als "auto" wordt geactiveerd voor verwarming of
warmtapwater, kunt u ook kiezen voor de instelling
"max. toegest. snelheid", die de circulatiepomp van het
verwarmingssysteem beperkt en niet laat draaien op
een hogere snelheid dan de ingestelde waarde.
"snelheid wachtmodus" houdt in dat de circulatiepomp
van het verwarmingssysteem de snelheid verlaagt, omdat
de warmtepomp in de verwarmingsstand staat, maar
geen compressor of elektrische bijverwarming nodig
heeft.
Hoofdstuk 8 |
Regeling - Menu's
39