10. Aanwijzigingen voor montage en ...
T32.xx.0IS (versie voor kop- en railmontage):
Bij installatie buiten de zone met explosiegevaar moet het volgende
in acht genomen worden: de transmitter moet in een behuizing
gemonteerd worden die minstens de beschermingsklasse IP 20
volgens EN 60529 garandeert.
De bedrading in deze behuizing moet uitgevoerd zijn, zoals beschreven
in paragraaf 6.3.11 en paragraaf 7.6.e van EN 60079-11: 2007.
Aansluitdelen of stekkers voor intrinsiek veilige stroomkringen
moeten aangebracht zijn volgens paragraaf 6.2.1 of 6.2.2 van
EN 60079-11:2007.
De extern aangesloten kabels of aders moeten geschikt zijn
■
voor het temperatuurbereik van de eindtoepassing. De maximale
omgevingstemperatuur van 85 ° voor T32 moet in acht genomen
worden. De aderdiameter moet minstens 0,14 mm² bedragen.
Ex nA, nL, ic toepassingen:
■
De temperatuur-transmitters types T32.xx.0NI moeten in de
eindtoepassing geïnstalleerd worden met een vervuilingsgraad 2
of beter, in een behuizing met minstens beschermingsklasse IP 20.
Gebruik in zone 0:
Het gebruik in een explosieve atmosfeer die bedrijfsmiddelen van
categorie 1 vereisen, is alleen dan toegestaan, wanneer sprake is van
de volgende atmosferische voorwaarden:
Temperatuur: -20 ... +60 °C
Gebruik in zone 1 en zone 2:
De transmitters mogen overeenkomstig de temperatuurklasse alleen in
de volgende temperatuurgebieden van de omgeving gebruikt worden:
Toepassing
Groep II
Stof-Ex
N / T = niet toepasbaar
WIKA gebruiksaanwijzing temperatuur-transmitter T32.xS
Druk:
Temperatuurgebied
van de omgeving
-50 °C ≤ Ta ≤ +85 °C
-50 °C ≤ Ta ≤ +75 °C
-50 °C ≤ Ta ≤ +60 °C
-50 °C ≤ Ta ≤ +40 °C
-50 °C ≤ Ta ≤ +75 °C
-50 °C ≤ Ta ≤ +100 °C
0.8 ... 1.1 bar
Temperatuur-
klasse
T4
T5
T6
N / T
N / T
N / T
NL
Vermogen
P i
800 mW
800 mW
800 mW
750 mW
650 mW
550 mW
37