Instructies voor de installateur
3.22 - BEDRADINGSSCHEMA VOOR AANSLUITINGEN
Aan de achterzijde van de E8 regelaar zijn 2 aansluitblo-
kken geplaatst, één voor de hoofdvoeding (230V) en de
ander voor de laagspanning verbindingen.
Voedings
aansluitblok
Opnemer
aansluitblok
Voedings aansluitblok positie
Aansluitblok II
Terminal VI
VI
Aansluitblok VI
32
50 Hz 230 V
BUS
L H
IX
4
3
2
1
II
N:
Nul aansluiting
L1:
Voedingsspanning apparaat
L2:
Voedingsspanning relais
:
Pomp stookkring 1
:
Pomp stookkring 2
:
Boilervulpomp
:
Mengklep stookkring 2 open
:
Mengklep stookkring 2 dicht
IV
:
Mengklep stookkring 1 open
:
Mengklep stookkring 1 dicht
Multi-functierelais
Multi-functierelais
Alle hoofdverbindingen, die benodigd zijn voor de aansturing
van het verwarmingssysteem, ketelsysteem en alle
componenten, die onderdeel zijn van de stookruimte
moeten op de aansluitblokken worden aangesloten.
Voeding
N L 1 L 1 1 2
1
2
3
4
5
6
7
8
9 10
II
A1 A2 A3 A4 A5
M
T1 T2
N L1 L1'
FBR
3
1
SPF
IMP
PT1000
AF
0-10 V
VF
F15
F14 F13
F12 F11
F17
F9 F8
V
VIII
III
3
2
1
2
1
2
1
10
9
1
2
3
4
1
1
2
1
2
3
4
5
VI
IV
A6
A8 A9
A10 A11
A7
1
2
3
4
M
T3 T4
n
FBR
FA
eBUS
VF
KF / SPF
0-10 V
F6 F5
F3 F2 F1
I
8
7
6
5
4
3
2
1
2
aansluiting
(Building Cascade
Manager)
NOOT:
Aansluitklem 4 van stekker IV (E8) is de
stuurfase naar de Primaire systeempomp.
Aansluitklem 5 van stekker IV (E8) is de
stuurfase naar de Tapwaterpomp.
VII
1