Bediening
De Maaier Besturen
• Zorg dat de PTO-schakelaar uitgeschakeld is.
• Start de motor (zie DE MOTOR STARTEN).
• Zet de gashendel in de stand VOL.
• Duw zowel de hendel voor het stilleggen van de
motor als de hendel die de aanwezigheid van de
bestuurder controleert om het systeem voor het
stilleggen van de motor uit te schakelen. Duw de
remhendel vooruit om de parkeerrem los te zetten.
• Om de maaier vooruit te bewegen, duwt u de
grondsnelheidsregelhendels vooruit met uw
duimen. Als u de hendels terugtrekt, beweegt
de maaier achteruit. Hoe verder de hendels
worden uitgedrukt of ingeduwd, hoe hoger de
grondsnelheid.
• Om de maaier te vertragen, verlicht u
voorzichtig de druk van uw duimen op de
grondsnelheidsregelhendels om deze terug in de
neutrale stand te brengen
WAARSCHUWING
Gebruik op steile hellingen kan wegschuiven,
kantelen en verlies van controle over het stuur
veroorzaken.
Schakel over op een lage grondsnelheid
voordat u een helling oprijdt. Wees extra
voorzichtig bij het werken op hellingen.
Maai op en neer de wand van hellingen, niet
overdwars, en wees voorzichtig als u van
richting verandert en START OF STOP NIET OP
EEN HELLING.
Op hellingen rijden
Hoewel op en neer rijden op hellingen niet wordt
aanbevolen, kan dit af en toe toch noodzakelijk
zijn. De volgende richtlijnen zijn vermeld voor uw
veiligheid.
Een helling oprijden
Wees voorzichtig want het klimvermogen van de
machine is waarschijnlijk veel groter dan dat van
andere machines waarmee u hebt gereden.
• Verander op een helling nooit abrupt van snelheid
of van richting.
• Duw de stuurstaven nooit naar beneden
wanneer u een helling beklimt. Een lichte hefdruk
uitoefenen is aanbevolen om de voorwielen op de
grond te houden.
Een helling afrijden
Gebruik altijd een heel lage grondsnelheid bij het
afrijden van een helling. Daartoe beweegt u de
grondsnelheidsregelhendels ZACHTJES naar de
achteruitrichting.
De Maaier Stoppen
• De beweging stopt als u de
grondsnelheidsregelhendels terug in de neutrale
stand brengt.
• Ontkoppel de PTO.
12
• Trek de handrem aan.
• Zet de gasklephendel op gemiddelde snelheid en
draai de contactsleutel naar de stand UIT. Haal de
sleutel uit het contact.
Maaien
• Zorg dat de PTO-schakelaar uitgeschakeld is.
• Start de motor (zie DE MOTOR STARTEN).
• Zet de gashendel in de stand VOL.
• Duw zowel de hendel voor het stilleggen van de
motor als de hendel die de aanwezigheid van de
bestuurder controleert om het systeem voor het
stilleggen van de motor uit te schakelen. Duw
de remhendel vooruit om de parkeerrem los te
zetten.
• Activeer de PTO door de PTO-schakelaar omhoog
te trekken.
• Begin te maaien. Raadpleeg het hoofdstuk
Onderhoud van het gazon achteraan in
deze handleiding voor tips in verband met
maaipatronen, onderhoud van het gazon en
informatie over het oplossen van problemen.
• Schakel de PTO uit als u klaar bent.
• Stop de motor (zie DE MOTOR STOPPEN).
De maaier met de hand Voortduwen
DE MAAIER MAG NIET WORDEN
GETROKKEN
De machine slepen veroorzaakt schade aan
de hydraulische transmissie. Gebruik geen
ander voertuig om deze machine voort te
duwen of te trekken.
• Zet de PTO uit, schakel de contactschakelaar UIT
en haal de sleutel uit het contactslot.
• Schuif de hydraulische terugtrekstang vooruit en
vergrendel de stang bovenin in de "T"-gleuf. Zie
figuur 2.
• Ontgrendel de handrem.
U kunt de maaier nu met de hand voortduwen.
• Verplaats de maaier en schakel de transmissie
(RIJ- stand) terug in door de stang uit de "T" laten
en de vrijgavehendel naar de achterzijde van de
machine te schuiven.
NEUTRALE STAND
"LOSMAKEN"
Figuur 2. Hydraulische terugtrekstang
RIJSTAND
"INSCHAKELEN"
49320
www.ferrisindustries.com