Hydraulische aansluiting
Split system-uitvoering
Q1+Q2
Q2
De volgende gegevens kunnen als uitgangspunt gebruikt worden voor het
dimensioneren van beide pompen.
Q1+Q2
R1
Q1
Q2
R2
Opvoerhoogte Pomp P2: R
Opvoerhoogte Pomp P1: R1
100,00
10,00
1,00
1,00
20
Q1
TRI-XL
150
200
P1
250
300
400
P2
500
570
= R2
+ R1
P2
bij Q2
bij (Q1+Q2)
bij (Q1+Q2)
10,00
100,00
Q1+Q2 [m3/h]
Min. en max. Volumenstroom Q1-Q2
Q
Q
2,min
2,max
3
[m
/h]
[m
3,0
4,0
5,1
0
6,1
8,1
10,2
11,5
+ R
systeem
100,00
10,00
1,00
0,10
0,01
0,00
0,10
Split system-uitvoering
De Split system-uitvoering biedt de
mogelijkheid tot aansluiten van twee
retourleidingen met verschillende
watertemperaturen (warme retour en
koude retour). Door de drukloze
verdeler te omzeilen wordt het koude
retourwater direct in de condensor van
de ketel ingevoerd, zonder eerst te
mengen met het warme retourwater
(bv. van luchtverwarming). Zo wordt het
hoogstmogelijke rendement behaald.
De ketelpomp in het primaire circuit
wordt door de ketel aangestuurd en
zorgt voor de minimaal benodigde volu-
mestroom door de ketel Met uitzon-
dering van de onderste warmtewissel-
aar). De pomp van het lagetemperatuur
-circuit dient zo gedimensioneerd te
worden, dat deze de weerstand van de
ketel kan overwinnen.
De nominale volumestroom in het
primaire (warme) circuit moet
minstens 50% van de totale
nominale volumestroom bedragen.
In het hoofdstuk "toebehoren" is meer
informatie over de 2e retour set te vin-
den.
(Q
+Q
)
1
2
min
3
3
/h]
[m
/h]
4,1
5,4
6,8
8,2
10,9
13,6
15,5
1,00
10,00
Q2 [m 3/h]
(Q
+Q
)
1
2
max
3
[m
/h]
12,2
16,2
20,2
24,4
32,6
40,8
46,2
100,00