11. Klasse A circulatiepomp
Uw ketel is uitgerust met een circulatiepomp van de aller-
nieuwste generatie (hoge energie-efficiëntie, klasse A).
De bedrijfsmodus instellen
■
Statusindicatie-led circulatiepomp, zie tabel
Continu groen = normale werking
Bedieningsknop
Selectie van modus en vermogensniveau
Status circulatiepomp
Groene / rode led
knipperend
Rode led knipperend
Vaste rode led
Led uit
Prestatiecurven
■
H/m
6
5
III
4
II
3
I
2
1
0
0,5
1,0
Voorkeursinstelling voor een installatie met radiatoren of
vloerverwarming. De snelheid van de circulatiepomp past
zich aan om de druk te variëren.
Fabrieksinstelling (geschikt voor de meeste installaties).
Modus : variabele druk, vermogensniveau II.
De vakman moet de pomp afstellen op basis van het drukverlies
van de installatie volgens de bovenstaande prestatiecurven.
10
Klasse A circulatiepomp
Betekenis
– lucht in het pomplichaam
– rotor geblokkeerd (gomming)
overspanning of onderspanning
(U > 275 V of U < 170 V)
rotor geblokkeerd
– drukstoring (druk < 1,5 bar)
– oververhitting
– overstroom (elektrische overbelasting)
p/kPa
H/m
Variabele
60
druk
50
40
30
20
10
0
1,5
2,0
2,5
3,0 Q/m³/h
+32 (0)485 93 50 12 | info@all-renting.be | www.all-renting.be
Deze circulatiepomp kan worden ingesteld volgens 3
verschillende bedrijfsmodi.
Actie
– controleer of de installatie goed ontlucht is
– controleer handmatig van de rotatie van de rotor en de kwaliteit van de
vervoerde vloeistof (slib, deeltjes, afzettingen, enz.) in het pomplichaam
– controleer de spanning op de aansluitklemmen van de ketel
– controleer de doorsnede van de aansluitkabels
– controleer handmatig van de rotatie van de rotor en de kwaliteit van de
vervoerde vloeistof (slib, deeltjes, afzettingen, enz.) in het pomplichaam
– zie dienst na verkoop, pagina 11
– controleer de elektrische aansluiting en de spanning op de aansluit-
klemmen van de ketel
– controleer de juiste plaatsing van de koppelstrip
Constante
III
6
druk
5
II
4
3
I
2
1
0
0,5
1,0
1,5
2,0
2,5
3,0 Q/m³/h
Voorkeursinstelling voor vloerverwarmingsinstallatie.
De snelheid van de circulatiepomp past zich aan om
de druk constant te houden.
Ontluchtingsfunctie
■
Om het ontluchtingsproces te starten (10 min), houdt u de
bedieningsknop ingedrukt tot de leds «bedrijfsmodus» en
«vermogensniveau» afwisselend knipperen (ca. 3 s).
De ontluchtingscyclus kan worden geannuleerd door opnieuw
op de bedieningsknop te drukken totdat de normale bedrijfs-
toestand is bereikt (led «bedrijfsmodus» groen en constant,
ca. 3 s).
Het uitvoeren van een ontluchtingscyclus is geen
garantie voor een goede ontluchting van de
installatie en de ketel. Controleer of het systeem
correct is ontlucht VOORDAT u de ketel in gebruik
neemt.
Led «circulatiepomp bedrijfsmodus»
Led «vermogensniveau» I, II of III
p/kPa
H/m
III
60
6
50
5
II
40
4
30
3
I
20
2
10
1
0
0
0,5
1,0
1,5
2,0
Voorkeursinstelling voor een circuit waar het
drukverlies niet verandert.
De pompsnelheid is constant.
(geïntegreerd in de circulatiepomp)
p/kPa
Constante
60
snelheid
50
40
30
20
10
0
2,5
3,0 Q/m³/h