11
|
Inbedrijfstelling
11 Inbedrijfstelling
In dit hoofdstuk
11.1 Overzicht: Inbedrijfstelling
11.2 Voorzorgsmaatregelen tijdens inbedrijfstelling
Uitgebreide handleiding voor de installateur
62
11.1
Overzicht: Inbedrijfstelling .....................................................................................................................................................
11.2
Voorzorgsmaatregelen tijdens inbedrijfstelling.....................................................................................................................
11.3
Controlelijst voor de inbedrijfstelling.....................................................................................................................................
11.4
Proefdraaien ...........................................................................................................................................................................
11.5
Foutcodes bij het proefdraaien..............................................................................................................................................
In dit hoofdstuk wordt beschreven wat u moet doen en wat u moet weten om het
systeem na de installatie in gebruik te stellen.
Typische werkstroom
Het in bedrijf stellen houdt typisch volgende stappen in:
1
De "Controlelijst voor de inbedrijfstelling" controleren.
2
Het systeem testen.
WAARSCHUWING
Als de panelen van de binnenunits nog niet geïnstalleerd zijn, moet u de voeding na
het proefdraaien uitschakelen. Schakel hiervoor het systeem UIT via de
gebruikersinterface. Leg de unit NIET stil met de stroomonderbrekers.
OPMERKING
Vooraleer het systeem te starten MOET de unit minstens 6 uur onder spanning
staan. De carterverwarming moet de olie van de compressor opwarmen om niet te
weinig olie te hebben en de compressor te beschadigen tijdens het opstarten.
OPMERKING
Laat de unit ALTIJD werken met de thermistoren en/of druksensoren/-schakelaars.
Zo NIET kan de compressor vuur vatten.
OPMERKING
Werk de koelmiddelleiding van de unit ALTIJD volledig af voordat u de unit gebruikt.
Anders raakt de compressor defect.
OPMERKING
Koelstand. Laat het systeem proefdraaien in de koelstand om afsluiters die niet
openen te detecteren. Zelfs als de gebruikersinterface was ingesteld op verwarmen,
werkt de unit gedurende 2‑3 minuten in de koelstand (terwijl het
verwarmingssymbool op de gebruikersinterface staat), waarna zij automatisch
overschakelt naar de verwarmingsstand.
62
62
63
64
65
AZAS100~140MUV/Y
Sky Air Active-series
4P743509-1 – 2023.08