Het kwaliteitsniveau selecteren
U kunt de kwaliteit (de compressiefactor) van foto's selecteren.
Hoe meer sterren, des te lager de compressiefactor en des te scherper de opname,
maar het bestand wordt groter. Ook de instelling van de opnamepixels heeft invloed
op de bestandsgrootte (blz.75).
Kwaliteitsniveau
C
Best
D
Beter
E
Goed
1
Druk in de stand A op de knop 3.
Het menu [A Opnemen] verschijnt.
2
Selecteer [Kwaliteitsniveau] met de vierwegbesturing (23).
3
Druk op de vierwegbesturing (5).
Er verschijnt een afrolmenu.
4
Wijzig het kwaliteitsniveau
met de vierwegbesturing (23).
5
Druk op de knop 4.
De instelling van Kwaliteitsniveau wordt opgeslagen.
6
Druk op de knop 3.
De camera gaat terug naar de opnamestand met de huidige instelling.
Het kwaliteitsniveau wordt ingesteld op D als de transportstand
is ingesteld op Y.
Opnamepixels en kwaliteitsniveau van foto's 1blz.29
MENU
2, 3, 4
5
1, 6
R A X q < I i \ Q E y D >
Laagste compressiefactor. Geschikt voor fotoafdrukken.
Standaard compressiefactor. Geschikt voor weergave van opnamen
op het beeldscherm van een computer.
Hoogste compressiefactor. Geschikt voor plaatsing op een website
of om als bijlage bij e-mailberichten te gebruiken.
Opnemen
1/3
6
Opnamepixels
M
Kwaliteitsniveau
AWB
Witbalans
AF-veld
ISO
Gevoeligheid
AUTO
Einde
Exit
Exit
MENU
1/3
Opnemen
6
Opnamepixels
M
Kwaliteitsniveau
AWB
Witbalans
AF-veld
ISO
Gevoeligheid
AUTO
Stop
Cancel
Cancel
MENU
4
OK
OK
OK
OK
77