Aansluiten
NL
4.
Afsluitarmaturen voor en achter de pomp openen.
5.
Op dichtheid controleren.
5.7.2
Pomp met schroefdraadkoppeling monteren
WAARSCHUWING
De leidingen kunnen heet zijn. Er bestaat gevaar voor
letsel door verbrandingen.
◾
Veiligheidshandschoenen dragen.
1.
Passende leidingkoppelingen installeren.
Afb. 10: Afsluitarmaturen sluiten
2.
Sluit de afsluitarmaturen voor en achter de pomp.
Afb. 11: Pomp monteren
3.
Pomp met meegeleverde vlakke afdichtingen plaatsen.
8
4.
Pomp met de wartelmoeren vastschroeven. Daarbij uit-
sluitend aan de sleutelvlakken op het pomphuis tegen-
houden.
Afb. 12: Afsluitarmaturen openen
5.
Afsluitarmaturen voor en achter de pomp openen.
6.
Op dichtheid controleren.
5.8
Isoleren
Afb. 13: Isoleren, condensafvoer vrijhouden
Verwarmingstoepassingen met mediumtemperatuur
> 20 °C
1.
Warmte-isolatieschaal (toebehoren) op pomphuis aan-
brengen.
Koel- en klimaattoepassingen
1.
Algemeen verkrijgbare, diffusiedichte isolatiematerialen
gebruiken. Condensafvoer vrijhouden.
6
Aansluiten
6.1
Vereisten voor het personeel
Elektrische aansluiting uitsluitend door gekwalificeerde
elektricien laten uitvoeren.
6.2
Vereisten
OPGELET
Incorrecte aansluiting van de pomp leidt tot schade aan
de elektronica.
Spanningswaarde op het typeplaatje in acht nemen.
◾
Maximale voorzekering: 10 A, traag of vermogensbe-
◾
schermingsschakelaar met C-karakteristiek