L
Sioten en scharnieren
In de portierscharnieren bevindt sich boven
de scharnierpen een kleine oliekamer, die
met een plastic plug is algesloten. Min
stens elke 3 maanden moet de olievoor
raad worden gecontroleerd. Daartoe de plug
met een schroevedraaier eruit wippen. De
oliekamer wordt,
indien
nodig,
met dik
vloeibare motorolie SAE 30 gevuld. Aldrui
pende oliemet een doek opvangen, plug erin
drukken en scharnier zorgvuldig afvegen.
Tegelijkertijd moeten oak de portier- en
dekselsloten en dekselscharnieren worden
gesmeerd. Het portierslot wordt door een gat
in de slotstijl van het portier - dat met een
plug is afgesloten - met 0011 paar druppels
olie gesmeerd. Oak do
(tok~olscharnieren
worden met olie, de
dek:301~lolon
daarente
gen
met wat vaselino,
gOOllloord.
Overtollige olie bij
cIa dol<c;olscharnieren
wegvegen.
De slotcilinder wordt, InrJlOIl 110dlg, met gra
lietpoeder behandeld. Hall:) roods voldoende
de vooral in gralielpoo(Jor nodoople sleutel
enige keren in het 8101. Iwon on weer te
draaien. De glijvlakl<QI1
VIlli
dO slolvanger
worden dun met v;)oollrl(J InfiOvol.
Oliebadluchtfilter
Een vervuild filter vermindert niet aileen het
motorvermogen, maar kan ook voortijdige
slijtage van de motor tot gevolg hebben.
Indien de wagen vaak op stoffige wegen
rijdt, ruoet het filter vaker - soms zelfs da
gelijks - worden gecontroleerd.
Aile stofdeeltjes in de door de motor aan
gezogen lucht worden door het zich in het
bovenstuk bevindende filter vastgehouden
en onder het rijden door de in het onderstuk
aanwezige olie uitgespoeld. In de loop van
de tijd onstaat hierdoor op de bodem van
het onderstuk een sliblaag. Zodra boven deze
sliblaag nog 4 - 5 mm dunvloeibare olie staat,
moet het onderstuk schoongemaakt en met
schone olie worden gevuld. Hiertoe het
luchtfilter in de op de volgende bladzijde
aangegeven volgorde uitbouwen.
52